4 – Beiroet na de oorlog

31 december 2012 – Beiroet na de oorlog. Zo betitelde zwager Henk de aanblik van onze voortuin. Het rooien van bomen en heesters is in volle gang. De plannen worden gemaakt. Met veel deskundige hulp. Het is uitzonderlijk inspirerend.

In deel 3 meldden we dat we ‘deze maand’ (lees: november) de eerste bomen en heesters wilden planten. Niets is minder waar. Het gaat niet snel. Te vaak werkt Joseph, onze tuinhulp, alleen omdat onze tijd door andere aangelegenheden wordt opgeslokt. Een goed voornemen voor 2013.


Permacultuur of polycultuur. Dat is de vraag. Lees dit.
Na ampele overwegingen hebben we besloten de naam Eetbare Parktuin, dat ook maar de beste van de slechtste namen was, om te dopen in PolycultuurTUIN.


Tegenvaller? Meevallers!

Harro en René bepalen de lijnen. Anthonetta maakt het beplantingsschema, Cor ventileert zijn grote kennis, het Herboristegilde ontfermt zich over de kruidentuin. Wat een samenwerking!

Het tuinontwerp is van Buro Harro. Na het (vroege) afhaken van de permaculturisten, meldde Anthonetta van Bergenhenegouwen zich. Hovenier en uit een bekende kwekersfamilie. Ook zij heeft haar kijk op permacultuur, maar meer flexibel en pragmatisch. Dit sluit aan bij ons doel de inzichten van deze niche in de tuincultuur naar een hoger plan te trekken.
Tuinschrijfster Julia Voskuil kennen we al jaren en ze kwam in november weer eens bij ons langs. Zo vertelde ze: “Ik sprak laatst Cor van Gelderen van Esveld en vroeg: ‘Cor, slaat het een beetje aan, die eetbare struiken en bomen?’ Cor zei: ‘Iedereen praat er over maar weinigen doen het.’ Ik breng je in contact met hem, misschien dat hij ook wil meedenken.”
Zo geschiedde. Cor is Esveld. En Esveld is een wereldberoemde kwekerij en nationale plantencollectiehouder uit Boskoop. En ja, hij denkt mee. Dat is voorzichtig uitgedrukt. Wat een mega-kennis heeft deze man!
Het Herboristengilde heeft zich ontfermd over de kruidentuin. Niet eenmalig, maar voor altijd. Bernard Liesandt, bestuurslid, is stagebegeleider van tweedejaarsstudent Leatitia (Titia) Jorissen. Zij volgt de opleiding bij De Sprenk en Bernard is stagebegeleider.
Het is een geweldig team!


23 December 2012. De twee bomen die er rechts nog staan zijn inmiddels omgehaald. Op 2e Kerstdag had schoonzoon Hans na de brunch te veel energie opgebouwd…


Project Eetbare Parktuin [4] 2Zo zag het er op 11 oktober 2012 uit. Rechts van het pad is dicht begroeid en links ook. Dat gaat allemaal weg. Links komen hoogstam fruitbomen, waar onderdoor kan worden gekeken en rechts ook fruitbomen en -heesters en kruidachtige gewassen (vasteplantengroenten, nutsplanten e.d.)


Ontwerp versus functionaliteit

Twee weken geleden kwamen Bernard en Titia langs. Ze pakken de hele kruidentuin aan, dus niet alleen planten, ook spitten, enzovoorts. En onderhoud in de naaste toekomst.

Onwerp - vooraanzicht - grootBuro Harro heeft gedachten bij het tuinontwerp. Het is dus niet zo dat de vlakken (zie afbeelding hierboven, klik erop voor een vergroting) zomaar kunnen worden ingepland en ingeplant. Mrs. M voorvoelde dat en op 28 december 2012 kwam iedereen tezamen. Om kennis te maken. Voor overleg.


Project Eetbare Parktuin [4] 4.jpg

Planten, dus ook kruiden, zijn niet allemaal even hoog. Een bloemenweide past niet in het idee van de eetbare tuin. Harro spreekt over zijn ontwerp en het beeld dat dit bij de mens achter laat. Dus planten moeten binnen het ontwerp vallen. Nu zijn de vlakken rond het oude ornament in de voortuin het enig formele in het ontwerp.


Trapsgewijs

“Het ontwerp is trapsgewijs. Van het huis naar voren omlaag. Van de kruidentuin naar links en rechts, de heesters en de bomen,” verklaart Harro. “De beplanting moet in het midden, rond het ornament, dus ongeveer even hoog zijn. Geen ratjetoe.”
Arme herboristen – of een uitdaging! Dat is namelijk waar het om gaat: verschillende mooie stromingen samenbrengen en tot iets nóg mooiers komen.

Bernard Liesandt weet het tot een compromis te brengen: licht aflopend mag ook. Dus bijvoorbeeld 60/70 cm naar iets van 30/40 cm. De lengte van de vakken zijn resp. 7 en 5 meter, dus behoorlijk groot. En het zou mooi zijn als het laagtepunt rond het oude ornament in het midden valt. Een soort kom, terwijl het aan de rechte buitenranden gelijk hoog is. Dus voor wie er van buiten tegenaan kijkt…

Omdat een aantal planten die de herboristen noemden ook al in de plantenlijst van de eetbare tuin eromheen bleek te zijn opgenomen (we noemen bijvoorbeeld heemst, de marsh mallow), ligt het voor de hand de hoge gewassen in de border te planten. Midden-voor (achter het getekende bankje), waar de beplanting toch relatief laag is en geen bomen of hoge struiken zijn voorzien.


Cor van Gelderen – encyclopedie

Van veel eetbare planten die links en rechts in boeken en op het Internet worden genoemd, zijn betere cultivars; speciaal gekweekte variëteiten voor betere vruchten, mooier (eetbaar) blad, et cetera. Zo hebben we sinds 1998 hazelaars voor hazelnoten, maar ze geven geen hazelnoten.
Cor: “Hazelaars die uit zaaigoed zijn opgekweekt, hebben slechte tot geen productie. Een mooie cultivar voor grote noten is Corylus avellana ‘Gustav’s Zellernuss’
Cor vindt het plaatselijk maar een zootje, zeker de hoek rond de tamme kastanje – toegegeven, dat zijn de buitengebieden van onze tuin, waar we het maar een beetje lieten begaan. Noem het de zone 5 van de permacultuur. Met Anthonetta gaat hij verder door de tuin. Ze bespreken van alles. We zijn benieuwd. Later die dag nemen ze de totale beplantingslijst door.


Tamme kastanje

We hebben het al over de hazelnoten gehad. Goede, mooie volle tamme kastanjes, van Zuideuropese kwaliteit, kan je in Nederland vergeten. Als het aan Cor ligt: gewoon geen tamme kastanje in de tuin opnemen.
“Maar we zoeken hier in de omgeving tamme kastanjes,” werp ik tegen. – De anderen beamen dit. Gelukkig. – “Het hoeven van mij geen knoeperts te zijn. Als ze maar hanteer- en eetbaar zijn.” (Er staat een tamme kastanje in de lelijke hoek (zone 5) die geen vrucht geeft; tamme kastanjes zijn kruisbestuivers en een tweede moet binnen 70 meter staan. Dat is bij ons niet het geval. Vandaar dat we een tweede boom willen.)

Project Eetbare Parktuin [4] 7
Aan tafel tijdens de lunch wordt druk verder gediscussieerd. Door sommigen.

Zo had X de kruipende framboos rubus tricolor aangeraden.
“Die vind ik niet erg lekker,” zegt Cor. “Neem dan de rubus illecebrosus, die wordt ongeveer 30 cm hoog, of de  rubus irenaeus. Die is bijzonder. De vruchten lijken op het grote blad te liggen. Hij groeit snel. In Boskoop. Hier op de zandgrond zal het langzamer gaan.” Cor vertelt hoe hij de plant heeft ontdekt en in Boskoop vermeerderd. Cor barst van de anekdotes.

Linde

Van de linde kan alles gebruikt worden. Bloesem en blad als sla. En het is een enorme bijentrekker. Anthonetta vraagt welke Cor aanraadt. Cor is geraakt: er is er maar één en dat is de tilia henryana. Laat bloeiend (september), dus uitstekend voor de bijen. Wordt niet extreem hoog. En mooi geurend. Het jonge blad is roze-purper. Cor vertelt hoe hij als jongeman deze voor het eerst in het Arboretum van Tervuren bij Brussel had gezien. Hij had de beheerder om een stek gevraagd…. Niet dus. En vervolgens duurde het bijna twintig jaar eer hij de boom kon bemachtigen. Zo bevlogen als hij erover vertelt…. Die linde moeten we alleen al uit respect voor Cor in de tuin plaatsen.

Discussies

Het was zinvol alle betrokkenen bij elkaar te brengen. Terwijl Bernard,  Titia, Arwen en Joseph buiten aan de voorbereidingen van de kruidentuin werken, praten Cor, Anthonetta, Harro en René over het beplantingsschema en het tuinontwerp.

Anthonetta neemt de plantenselectie door, Cor luistert en doet suggesties, Harro en René zoeken de boom of struik direct op.
Bernard brengt bladeren weg, Titia en Joseph verwijderen takken, die bestemd zijn voor houtsnipperpaden.

Opmerkelijk is dat in de studie Landschapsarchitectuur aan Wageningen Universiteit & Research geen plantenkennis is opgenomen. Het is dat Harro zelf zeer gedreven is op dat gebied. Hij zegt: “Al voor dat ik afstudeerde werd gezegd dat planten iets voor vrouwen is. Wij zijn architecten. In die zin is Harro een landschaps- en tuinarchitect die wel geïnteresseerd is in planten. Het was goed te zien hoe deze mannen en een vrouw elkaar vonden.
“Kom maar eens gastcollege geven,” zei Harro tegen Cor- Harro is zelf gastdocent aan WUR.

Later vernemen we van Monica Commandeur dat de Wageningse studie twintig jaar of langer geleden L&T, landschaps- en tuinarchitectuur, heette en dat toen de T is opgedoekt. 

Plaats een reactie