Stridoli in het Italiaans, sculpit in het Engels en blaasilene heet het in het Nederlands. De jonge toppen ervan zijn zeer goed eetbaar. Een oer-Italiaanse risotto met stridolo, wat champignons en Parmezaanse kaas.
Neem een kasserol. Verwarm op middelhoog vuur een scheut olijfolie en smoor de sjalotten tot ze glazig zijn.
Draai het vuur hoog en kieper de rijst erdoor. Schep om tot de korrels glazig zijn en blus af met de wijn. Vuur laag.
Knoflook erbij. Scheut groentebouillon erbij. Knoflook erbij. Scheut groentebouillon erbij.
Als het meeste vocht is opgenomen: scheut groentebouillon erbij. Omscheppen. Scheut groe… Enfin, dat blijft zo even doorgaan, een kwartier tot twintig minuten. Risotto kruipt, zeggen ze. Dus niet te vloeibaar. En de rijstkorrel moet nog een beet hebben.
Tegen de tijd dat je denkt: dit gaat wat worden, doe je de champignonstukjes erbij. Omscheppen.
En tegen de tijd dat je denkt: ja, dit is het bijna, doe je de blaassilene erbij. Omscheppen, even doorverwarmen en dan de kaas erdoor scheppen. Serveer.
Jonge toppen kunnen worden geoogst tot ze bloemen gaan vormen. De onderste bladeren van het steeltje aftrekken, deze bladeren en de top bewaren en verwerken. (Steeltje hebben we weggedaan.)
Dit fijne recept komt van de website MergenMetz. Op foto's en tekst rusten auteursrechten. Vraag even toestemming als u iets wilt overnemen.