Zo krijg je een rendabele kleine tuinderij

Menigeen droomt ervan een moestuin op te zetten en daarmee zijn geld te verdienen. Maar hoe doe je dat? Boeken over moestuinieren zijn er genoeg. Maar dan? Dit boek beschrijft, vanuit eigen ervaring, het opzetten van een commerciële tuinderij en de keuzes en afwegingen die daarbij worden gemaakt.

‘Zo krijg je een rendabele kleine tuinderij’ omvat ongeveer alles waar je aan moet denken als je serieus moestuiniert en dus enige productie wilt maken. Het is een prettig leesbaar en zeer overzichtelijk boek voor iedereen, dus niet beperkt tot hen die er bedrijfsmatig een inkomen mee willen verwerven.


De oorspronkelijke titel is The Market Gardener, van de Franstalige Canadees Jean-Martin Fortier, de vertaling is van Taco IJzerman. Market Garden – we kennen het als begrip uit de Tweede Wereldoorlog: de slag om Arnhem, een brug te ver – is eigenlijk de Engelstalige duiding voor wat wij uit het verleden als stadsboederijen en warmoezerijen kennen. De groentetelers om de stad, die hun oogst in de stad op de markt verkopen. Daar ligt een duidelijke parallel met de kleinschalige biologische moestuinen van vandaag de dag in Nederland en Vlaanderen. Zeker als je grote delen van het land als een stedelijke agglomeratie beschouwt.


IJzerman is iemand met kennis en ervaring. En iemand die kan vertellen. Het boek is dan ook geen klakkeloze vertaling, maar aangepast aan De Lage Landen: zowel de teeltinstructies vanwege een ander klimaat als bronnen, verwijzingen en voorbeelden. Het boek verhaalt over het vallen en opstaan – in modern Nederlands: de does en doonts – van Jean-Martin en zijn gade Maude-Hélène bij het opzetten van hun biologische tuinderij Les jardins de la grelinette

. 0,75 Hectare en zeer productief – biologisch intensief, noemen ze het zelf. Veel opbrengst halen uit een klein oppervlak.

Les jardins de la grelinette

In zijn voorwoord schrijft Taco dat hij zelf ook een aantal nuttige inzichten heeft opgedaan. Zo is het bij ons ook gegaan. En wij zijn geen commerciële tuinier, maar wel biologisch, lui en willen dus efficiënt werken met hoge opbrengst. Ons streven is immers om er jaarrond van te eten.


In veel moestuinboeken staan praktische adviezen over teelt, bemesting en ziekten. Dit boek geeft een andere kijk: het is geschreven vanuit de ervaring van het opzetten van een productietuin en het maken van keuzen. We raden het van harte aan, aan iedereen die graag moestuiniert, vanaf dertig vierkante meter tot pakweg twee hectare.

Titel Zo krijg je een rendabele kleine tuinderij
Van Jean-Martin Fortier
Uitgever Uitgeverij Jan van Arkel
ISBN 978  90 622 40 364
Verschenen november 2018
Prijs € 29,95
Verkrijgbaar bij Alle boekhandels en indien u online wenst te winkelen, raden we deze webwinkel van een echte boekhandel aan. Dan blijven die ook bestaan.

Soms krijg je boeken, daar blader je in en, ondanks het aansprekende onderwerp, blijkt het een schier onneembare berg informatie om door te nemen. Dat beeld kreeg ik direct bij de titel ‘Zo krijg je een rendabele kleine tuinderij’. Maar het tegenovergestelde bleek. Het leest heerlijk en is logisch opgebouwd.


De eerste stappen

Eerst het idee, de bevlogenheid en de vraag ‘Kunnen we er een inkomen uit halen?’ en dan op zoek naar de juiste plek (o.a. bodemkwaliteit, maar ook ligging: de buurman zal maar een pesticiden-spuitende boer zijn en alles waait over) om vervolgens de indeling van de tuin te maken. Dat is de basis waar je de komende jaren mee moet leven. Pas als die stappen zijn genomen, komen de meer praktische zaken aan de orde.

Beschermd oogsten

Volgens de woorden van Fortier bedraagt de bruto omzet zo’n 65.000 euro en een winstmarge van 40%. Dat klinkt fors. Even rekenen: Het gezinsinkomen bedraagt dus 39.000 euro (bruto). Dat is 3.000 euro per maand. In Canada, in Quebec. Ook in Nederland of Vlaanderen?


Loof van peentjes

Zo wordt er een beknopt overzicht gegeven van gewassen en hun (economische) rendement. (Bonen: laag. Kaskomkommer: hoog. Bosui: hoog.) We vragen ons wel af of vertaler IJzerman dit ook heeft aangepast aan de situatie hier. We kunnen ons niet voorstellen dat met komkommers hoge inkomsten worden gegenereerd. Maar je weet het niet, hè.
We denken onwillekeurig aan Ard van der Kreeke van ‘t Hof Welgelegen, een oude stadsboerderij in Middelburg, die mij eens gierend van de lach vertelde dat hij jong loof van penen voor een hoge prijs aan de Zeeuwse sterrenchefs verkocht. Hij had buiten, bij de keukendeur een houten kist met winterpenen staan en knipte vrolijk het verse, jonge loof af. En dat elke week.

Dichter op elkaar en geen ruimte voor banden van grote machines.

Grondbewerking

Bokashi-bacteriën over de composthoop verspreiden maakt keren overbodigGrondbewerking? Moet dat? En zo ja, welke middelen gebruik je? Voor de kleine moestuinier is een tweewielige trekker nu niet een voor de hand liggende keus. Maar het is boeiend om te lezen welke overwegingen Fortier heeft gemaakt. Voor de middelgrote moestuinier is de woelvork interessant. In een kadertekst wordt ook het nadeel van grondbewerking ter sprake gebracht: bodemleven wordt – een tijd – verstoord.
Verhoogde bedden (hebben wij, zodat we een mooie vruchtbare laag op het onderliggende arme zand hebben) of niet? En dan de bemesting: de behoefte per gewassoort, compost en poep, wisselteelt (rotatie) en natuurlijk het bodemleven. Daar hoort een bemestingsplan bij.
Wij gebruiken mest van onze eigen varkens, in dit boek wordt kippenmest en compost genoemd. En uiteraard aandacht voor de mineralenhuishouding c.q. sporenelementen.

Het doel is om de planten zo te verdelen over de ruimte dat hun bladen elkaar raken wanneer de planten driekwart van hun volledige grootte hebben bereikt. Vlak voor de oogst bedekt het blad of loof zo het hele grondoppervlak en werkt hierdoor als levende mulch.”

Goed idee.
En, waar we eigenlijk amper bij stilstaan: Tuinbouw inrichten op het gebruik van machines betekent meer ruimte voor bandensporen en dus minder teeltoppervlak.

Zadenlegger Terrasonis JP1

Uiteraard komt ook het zogenaamde voorzaaien aan de orde. Het in beschermde omgeving zaaien en opkweken van plantjes, die later worden uitgeplant. Fortier geeft, na ampele  overwegingen, de voorkeur aan zaaitrays met cellen – wij noemen het pluggen. Zaaien, eventueel een doek of plastic vel erover om het vochtig te houden, en de plant ontwikkelt zich. Als de wortels zich in de cel voldoende zijn gegroeid, kan je het er als een plug uitdrukken en overplanten in de tuin. Fortier geeft in het boek de samenstelling van een zaaigrondmengsel. Zaken als verwarming, zaaitafels, water geven en meer komen aan de orde.


Behalve binnen en in trays voorzaaien kan je ook direct buiten zaaien. Daarvoor zijn handige zaaimachines. Okay, dat is voor huis-moestuin-en-keuken-gebruik wat te veel. Maar wel interessant om te lezen. De Terrasonis JP1 blijkt een leuk ding. De auteur geeft de nodige tabellen met instellingen voor bepaalde machines.

Woelvorken

Vals zaaibed

Dan heb je gezaaid of pluggen uitgeplant, maar daartussen groeit ook het een en ander aan ongewenst kruid. Grote onkruiden zijn concurrentie voor de gewassen. En dus voor de kweker. Als gezegd, in de tuin van Fortier wordt zo dicht mogelijk op elkaar geplant – hetgeen ook kan betekenen dat ziekten zich sneller kunnen verspreiden. Rijenteelt met verschillende gewassen werkt preventief.

Schoffel voordat het onkruid bovenkomt. Dat doodt het onkruid in de kiem.

Wij schoffelen zelden, wij wieden en laten het dan liggen, prooi voor de zon, het wordt mulch en composteert. Maar deze tip: schoffelen voordat je het ongewenste kruid ziet, nemen we ter harte. Dat betekent minder op handen en knieen langs de bedden gaan.


De eerste verdedigingstactiek is biodiversiteitAan een vals zaaibed doen we eigenlijk nooit. Waarom niet? Maar dan hebben we wel een wielschoffel nodig, want anders schoffelen we te diep en brengen nieuw zaad naar boven. Of onkruid branden? Enfin er komen veel middelen aan de orde in dit boek. Zeer leerzaam.
Over ziektes en plagen zijn boeken volgeschreven. Ook voor de moestuinier. In dit boek is de aandacht beperkt tot een zestal bladzijden.


Seizoensverlenging

wielschoffel van Hostools.com

Om met een wrange grap te beginnen: dat zou toch wel een van de voordelen zijn van globale opwarming. Maar een paar weken eerder of een paar weken later dan normaal groentes kunnen leveren, kan veel extra geld opbrengen. Dus wordt in dit boek een speciaal hoofdstuk aan seizoensverlenging gewijd. Taco IJzerman schreef het in zijn inleiding: in Quebec is het groeiseizoen korter dan in De Lage Landen.

Het boek eindigt met zes prachtige beschrijvingen van commerciele moestuinen, waaronder die van de auteur, maar daarnaast vijf Nederlandse.
Hartstikke leuk, hartstikke leerzaam. Goed boek.


De tekeningen komen uit het boek, de foto’s van de tuinderij van de auteur. En twee reclames van Internet.

Plaats een reactie