olijfolie of boter naar smaak; zout
Polenta is armeluisvoer en als je het zo eet ….. tja, je moet er van houden. Maar soms wordt het in leuke recepten gebruikt. Een plakje polenta en dan wat er op of ernaast.
Dit is een basisrecept. Er zijn talloze variaties mogelijk: met Parmezaanse kaas, met gorgonzola, met kruiden als tijm, rozemarijn, enz.
We gaan uit van wat vandaag de dag in de winkel ligt: voorgekookte maïsgriesmeel. (Anders is de kooktijd een uur of zo.)
1. Breng de bouillon aan de kook. (Als het kookt, hou het vuur hoog.)
2. Roer met een houten lepel in de kokende bouillon. Strooi langzaam met maïsmeel erin.
3. Blijf roeren. Let op: door het koken dreigen hete polenta-spetters in het rond te vliegen. Neem dan de pan van het vuur.
4. De pan is (dus) van het vuur. Roer plm. een minuut goed door en zet de pan vervolgens op laag vuur. Zodanig dat de polenta net blijft koken. Desnoods een vlamverdeler eronder.
5. Kook de polenta in 10 – 20 minuten gaar. Blijf regelmatig roeren. (De polenta is gaar als de korrels niet meer tussen de tanden knarsen.)
6. Voeg wat water toe als de polenta te dik wordt.
7. Roer wat olijfolie of boter door de polenta. Breng op smaak met zout.
Polentaplakken
Vet een spring- of cakevorm in met olie.
Ga te werk als hiervoor, maar sla punt 6 over.
Giet de polenta in de vorm over. Laat afkoelen en snijd in plakken.
(De plakken kunnen bijv. weer worden gegrild. En besprenkeld met wat olijfolie. Leuk effect.)