In een artikel in Science van 20 augustus 2024, wordt de invloed op het milieu van dergelijke gewassen tegen het licht gehouden. Want wat blijkt: veel onderzoek is gefocust op de korte termijn en voor het overige weten we nog veel te weinig. Er wordt gewerkt met genen, terwijl de consequenties op langere termijn onbekend zijn.
Dit artikel is geen pleidooi voor of tegen genetisch gemodificeerde gewassen; het verschaft een overzicht van wat er op wetenschappelijk gebied bekend is over de invloed van de teelt van genetisch gemodificeerde gewassen, op mens en natuur.
We maken ons misschien druk om het gebruik van bestrijdingsmiddelen, maar de agrariër bekijkt het van de andere kant: die spreekt van gewasbeschermingsmiddelen. Het is anno 2025 geen nieuws dat de natuur en biodiversiteit op diverse gebieden achteruit holt. En zonder natuur, geen leven.
CRISPR Cas is vandaag de dag een populaire techniek is om gewassen genetisch te modificeren. Nu is genetische modificatie van gewassen in Europa flink aan banden gelegd. Ook in Nederland. Maar de lobby van de zaadindustrie is intensief, ze loopt de deuren van de EU-politici in Brussel plat en wil dat het toepassen van genetisch gemodificeerde gewassen vrij wordt gegeven.
De chemische industrie (Bayer, BASF, ChemChina e.a.) heeft de afgelopen decennia de meeste zaadbedrijven overgenomen om de ideale match tussen bestrijdingsmiddelen en gewas te maken. En dit te verkopen. Verdien aan het zaad en verdien aan het bijbehorende bestrijdingsmiddel. Bekend zijn RoundUp Ready mais, koolzaad (canola, van speciale variëteiten koolzaad) en soja. Niet dat het op termijn echt helpt, integendeel, het is kortetermijngewin. Want bepaalde organismen blijken te overleven, passen zich (toch) in de loop van de tijd aan – het is survival of the fittest – en er worden in de praktijk vervolgens zwaardere bestrijdingsmiddelen worden toegepast.
Overzichtsartikel
Science van 30 augustus 2024 publiceerde een zgn overzichtsartikel (review article) over wat er bekend is van de effecten van toepassen van genetisch gemodificeerde gewassen op het milieu. (Zo’n 130 wetenschappelijke studies worden aangehaald.) De conclusie is dat die effecten, zeker op de langere termijn, vrijwel niet bekend zijn. Alle aandacht focust zich volledig op de directe effecten in het veld. Aspecten die worden besproken zijn:
- Gebruik van GM-gewassen leidt tot verandering in gebruik van bestrijdingsmiddelen (GM = genetische modificatie)
- Verbeterd rendement met GM-gewassen leidt tot agrarische uitbreiding (ontbossing, gevolgen voor biodiversiteit en ook op de gezondheid van de mens)
- Omgekeerd kan worden aangenomen dat verhoogde opbrengst leidt tot minder ontbossing. Er is echter geen wetenschappelijk vastgestelde relatie tussen het telen van GM-gewassen en minder of geen ontbossing. Integendeel: in Brazilië neemt de ontbossing voor GM-gewassen toe.
- Boeren die geen genetisch gemodificeerde gewassen telen, voelen de effecten doordat de marktprijzen veranderen – en effecten van bestrijdingsmiddelen op hun akkers
Breedspectrum bestrijdingsmiddelen
Hedendaagse genetisch gemodificeerde gewassen zijn bestand tegen zogenaamde breedspectrum chemische gewasbeschermingsmiddelen. Deze middelen doden veel (breed) ongewenste kruiden, schimmels en insecten, uitgezonderd het geteelde gewas. Die bestrijdingsmiddelen zijn dus van invloed op de biodiversiteit en ook de menselijke gezondheid
Breedspectrum bestrijdingsmiddelen kennen twee lijnen: gewassen met tolerantie van specifieke herbiciden en gewassen met weerstand tegen insecten.
Nieuwe, in ontwikkeling zijnde GM-gewassen, worden zo gemaakt dat ze bijvoorbeeld ook tegen droogte kunnen.
Zo worden genen van Bacillus thuringiensis in gewassen aangebracht, waardoor deze beschermd zijn tegen rupsenvraat – dat is dus niet zo best voor vlinders Deze gewassen worden Bt-gewassen (Bt-crops) genoemd. HT-gewassen (HT-crops) zijn herbicide tolerante gewassen.
Bijna al het landbouwareaal waar genetisch gemodificeerde gewassen worden geteeld, is geconcentreerd in vijf landen: VS (38%), Brazilië (28%), Argentinië (13%), Canada (7%) en India (6%).
Wat de wetenschappers bepleiten is: kom tot betere regelgeving in lijn met de sociale doelen en menselijk welzijn. Verzamel meer gegevens over de invloed op de natuur.
1.a) Bt-gewassen leiden tot minder gebruik van insecticiden
Dat blijkt betrekkelijk. Het hangt in belangrijke mate van de praktijken van de agrariër af: hoe en wanneer deze spuit. En verder richt Bt zich op specifieke insecten (vlinders, rupsen), maar secundaire plagen kunnen zich dan makkelijker ontwikkelen, wat kan leiden tot een oplevingseffect in het gebruik van insecticiden. En insecten kunnen ook weerstand tegen Bt ontwikkelen, waardoor de boer meer en gevaarlijkere bestrijdingsmiddelen moet gebruiken. Veldstudies tonen aan dat er geen sprake is van minder gebruik van pesticiden en insecticiden.
1.b) Herbiciden
Het gebruik van glyfosaat is alleen maar toegenomen en vooral in landen waar veel HT-gewassen worden geteeld. Maar ook onkruiden ontwikkelen resistentie tegen bestrijdingsmiddelen. Dan wordt aanvullend met zwaardere bestrijdingsmiddelen gespoten. Uiteindelijk bereiken al deze middelen ook gewassen die niet tot het doel behoren: de omliggende natuur en ecosystemen, zoals water, worden beschadigd. Het spuiten van herbiciden heeft directe impact op aangrenzende gebieden en (dus) het verlies aan wilde planten.
2) Effecten op de gezondheid
Over het algemeen lijkt het te zijn geaccepteerd dat consumptie van GM-gewassen een verwaarloosbaar direct effect heeft op de menselijke gezondheid. Maar indirecte effecten krijgen meer en meer de aandacht. Dan hebben we het over het inademen ervan, huidcontact en inname (via speeksel). Deze, worden gezien als grote veroorzakers van gezondheidsschade. Mensen die dichtbij of in agrarische gebieden worden waar veel wordt gespoten krijgen het op allerlei manieren binnen. [In de Betuwe komt de ziekte van Parkinson veel voor, MergenMetz] En, zo lezen we, in India vertonen veel kleine boeren vergiftigingsverschijnselen door de bestrijdingsmiddelen die ze gebruiken bij de teelt van Bt-katoen.
3) Biodiversiteit
De invloed op de biodiversiteit heeft een breed karakter. Van direct, door het eten van GM-gewassen, en indirect, door veranderend gebruik van land, gebruik van pesticiden en andere agrarische werkwijzen. Studies tonen aan dat er sprake is van schadelijke toxische effecten op niet-doelgroep soorten, zoals bij gaasvliegen (die eters van bladluizen en insecteneieren zijn) en springstaarten (zeer nuttige dieren, die o.a. compost uit blad maken). Dat dit gebeurt, onderstreept het grote gebrek aan inzicht en kennis over bodemleven.
Een ander risico is dat transgene gewassen verwilderen. En als deze kruisen met lokale wilden planten, kan dat de biodiversiteit bedreigen of leiden tot stammen (soorten) die blijven bestaan. Er zijn voorbeelden hiervan als gevolg van GM-koolzaad. Dit zijn moeilijk te voorspellen gebeurtenissen.
Er is inmiddels grote wetenschappelijke consensus over dat agrarische praktijken die de soortenrijkdom van gewassen en de aarde verstoren, ook van invloed zijn op de biodiversiteit om zijn algemeenheid. Omgekeerd bleek dat een grotere diversiteit aan gewassen een positieve invloed had op de diversiteit aan vogels.
4) Broeikaseffect
GM-gewassen hebben invloed op broeikasgassen, simpelweg door agrarische activiteiten uit te breiden en ontbossing, maar ook door ploegen, gebruik van kunstmest en zware machines. Maar omgekeerd ook: door een hogere opbrengst is agrarische uitbreiding niet nodig.
Bizar maar waar is dat HT-gewassen minder ploegen mogelijk maken. De grond blijft ongeroerd. [De vraag is of er überhaupt nog leven in zit en of de zware machines het niet te veel hebben ingeklonken, MergenMetz] Maar om echt effect te hebben zijn aanvullende maatregelen nodig, zoals gewasrotatie, geen of minder kunstmestgebruik, gebruik van dekgewassen, enzovoorts.
Al met al zijn GM-gewassen nogal controversieel als het om reductie van broeikasgassen gaat.
Toekomst
De schrijvers van het artikel sluiten af met een blik op de toekomst. Er wordt nu wel meer onderzoek gedaan, zeggen ze. Maar
- ten eerste, grote onzekerheid blijft bestaan omtrent de langetermijneffecten van GM-gewassen voor wat betreft de uitbreiding van monoculturen en de vergroting van resistentie door onkruiden en schimmels tegen de bestrijdingsmiddelen.
“Deze veranderingen kunnen de kortetermijnvoordelen van de reductie van pesticiden, door het telen van GM-gewassen, verminderen of zelfs ongedaan maken.”
- Ten tweede is de lange termijn-invloed van het gebruik van genetisch gemodificeerde gewassen op andere soortengroepen dan vogels, waaronder bijen, vlinders en andere insecten, grotendeels onbekend. Grote vermindering van de aantallen insecten, bijvoorbeeld, kan ook een negatieve invloed hebben op de agrarische productie. Bestuiving geschiedt door wind of beestjes.
- Ten derde: het is niet duidelijk wat de effecten van ontbossing voor de teelt van GM-gewassen op wereldschaal zijn.
Gigantische puinhoop. Of niet.
Waar wij nieuwsgierig naar zijn is of een Bt-gewas, dat gekruist is met een soortgelijke wilde en een nieuwe variëteit of stam oplevert, (a) overleeft en (b) als dat wel zo is, was zijn de gevolgen voor de natuur? Of: willen worden een blad van een gewas met Bt-gen nog wel composteren? En wat is het effect van deze compost als je het gebruikt in je eigen moestuin, om maar eens iets te noemen. Het kan allemaal meevallen, GM-gewassen kunnen ook een enorme verbetering opleveren maar het kan ook een gigantische puinhoop worden.
We weten het niet.
De auteurs van dit overzichtsartikel besluiten met:
“Hiervoor is echter een beleids- en regelgeving nodig die diversiteit, transparantie, duurzaamheid en een minder geconcentreerde agrarische sector bevordert. Tot slot moeten genetisch gemodificeerde gewassen en processen niet worden gezien als vervanging voor goede landbouwkundige praktijken, maar moeten ze op een slimme manier worden geïntegreerd in duurzame productiesystemen.”
In dit artikel wordt niet ingegaan op de gevolgen van het patenteren van gewassen. Wil je daarover meer weten, lees dit.
Bron
Frederik Noack et al. Environmental impacts of genetically modified crops, Science 38510.1126/science.ado9340