Vandaag heeft het nieuw opgerichte gilde zich gepresenteerd aan de genodigden. Herders, vertegenwoordigers van terrein beherende organisaties, pers en anderen waren aanwezig. Het was een feestelijke aftrap.
Bezoek hier de website van het gilde en lees o.a. over de achtergronden.
Zij waren er niet
Gelukkig waren de commentatoren van de qualiteitscouranten NRC, de Volkskrant en Trouw komen opdagen. April 2013, toen herderspaar Aafke Achterhof en Chris Grinwis op de rand van het faillissement stonden en nationaal nieuws werden, hadden ze vanachter hun bureau in de stad nogal wat rare dingen gepubliceerd (lees dit). Maar nu waren ze er, om te zien en te leren hoe het leven buiten de Amsterdamse grenzen is. U begrijpt: Zij waren er niet. Anderen wel.
En waarom waren wij erbij?
Ja, waarom waren wij erbij? We hebben al behoorlijk lang een band met de herders Aafke Achterhof en Chris Grinwis van Schaapskudde ‘t Soerel in Epe (lees dit bijvoorbeeld). We zijn bij acties die ze in het verleden voerden betrokken geweest. En we begeleidden Aafke en Chris bij hun eerste bezoek van aan het Ministerie van Economische Zaken, bij Bram Wits, de rechterhand van staatssecretaris Sharon Dijksma,
waarbij voor het eerst door Chris werd gezegd: “Er zou een gilde moeten komen.”Immaterieel erfgoed
Een en ander geschiedde in de sfeervolle ambiance van Kasteel Hackfort (te Vorden, in de Achterhoek), dat door Natuurmonumenten voor deze gelegenheid beschikbaar had gesteld. Oud hoofdredacteur van het NOS Journaal, Nico Haasbroek, leidde de bijeenkomst waar meteen de eerste wapenfeiten van het gilde werden gepresenteerd.
Bestuurslid (tevens voorzitter van Stichting Zeldzame Huisdierrassen) Geert Boink vertelde dat het gilde een aanvraag had ingediend om op de lijst voor immaterieel levend erfgoed te komen. Dat is gebaseerd op een Unseco-verdrag dat ook door Nederland is ondertekend
Ongebruikelijk: Cheque van Natuurmonumenten
Uit het publiek kwam de vraag wat het gilde hier aan heeft. Boink antwoordde: “Erkenning.” (Dat is belangrijk, getuige de houding van de commentatoren van de vooraanstaande dagbladen in 2013.)
Directeur Natuurbeheer van Natuurmonumenten, Teo Wams, overhandigde het gilde een cheque van € 10.000
“Ik doe iets wat we nooit doen,” zei hij “gebruikelijk nemen we fondsen in ontvangst.” Maar Natuurmonumenten draagt de herders een warm hart toe en erkent het belang ervan voor natuurbeheer en -behoud. En ze doen meer. Ondanks alle belangstelling de afgelopen jaren, gaat het nog steeds niet goed met de trekkende schaapherders. Naar verluidt staan er nu vier op omvallen. Natuurmonumenten zoekt en vindt voor deze herders begrazingsopdrachten – maar met het besef dat dit eenmalig is. Er moet, onder de bezielende leiding van het gilde, een goede structuur worden opgezet.
Structureel tekort
Raymond Schrijver is landbouweconoom bij Alterra. Hij gaat in opdracht van het ministerie onderzoeken wat de structurele problemen zijn van de herders. Want er zijn verschillende herders en telkenmale is er een ander in de problemen.
“Drie jaar geleden kreeg ik het schaamrood op de kaken,” vertelde Schrijver. “Toen was er na de trektocht Schapen op Drift een afsluitend congres in Arnhem. Heel veel aanwezigen, maar in tientallen jaren is er niets gebeurd. ‘En daar hoor ik ook bij’ dacht ik.”
Hij vertelt dat een doorsnee kudde jaarlijks een exploitatietekort heeft van tussen de vijfentwintig en dertigduizend euro. Inclusief subsidie.
“En de ironie van het geheel was dat de provincie de subsidie wilde afschaffen en mij vroeg wat er gedaan kon worden om dat te bereiken.”
Publieke goederen
Schrijver somt vier punten op die de maatschappelijke relevantie van een herder duiden:
1. Terreinbeheer en biodiversiteit
2. Cultuurhistorie
3. Productie van wol
4. Productie van vlees
“De eerste twee worden door wetenschappers publieke goederen genoemd, dat is geen normale markt. Dat is een rol van de overheid, maar die wil er van af en schuift het naar de burgers. Dan is crowd funding misschien een optie.”
Dan resten wol en vlees. Bij wol jojoot de opbrengst, soms levert het niets op en kan de schapenscheerder er net van worden betaald. Vlees is een druppel op de gloeiende plaat.
“Met een gehele verwaarding van het dier, kan misschien 10% worden verdiend.” Dan is het structurele tekort geen € 25.000 maar € 22.500. Big deal.
“Ach ja,” zegt hij, “De herders lopen met hun schapen op arme gronden. Dat is traditie, ook dat herders altijd arm zijn geweest.”
Versnipperd landschap
Mestquotum voor koeien negatief voor schaapskuddenLoek Hilgers, herder in Noord-Brabant vertelt dat er vroeger sprake was van een zogenaamde heideboerderij en dat de herder met zijn schapen niet alleen maar op de heide was. Maar ook vet en sappig grasland bezocht.
Schrijver beaamt dat, maar “Je ziet steeds meer koeien op de dijken grazen in plaats van schapen. Dat komt omdat de waterschappen dan meer geld ervoor krijgen vanwege de mestquota.”
Ja, u leest het goed: het mestquotumsysteem is op deze wijze bedreigend voor de trekkende herders met hun kudde.
In Duitsland, op de Lüneburger Heide, kennen ze het fenomeen van schaapsherdersgilde en de heideboerderij. Waarom dat niet in Nederland.
Teo Wams legt uit: “In Nederland is de natuur te zeer versnipperd. Onvergelijkbaar met de omringende landen. En we kennen ook heel veel stikstofneerslag.”
Verouderd vergoedingensysteem
En zo gaat de discussie over naar de vergoedingen die voor het begrazen van heide (laag) en gras (hoog) gelden. Maar ja, gras is nog amper beschikbaar (en bereikbaar) voor deze herders.
Schrijver: “Het heideherstel begon pas in 1980. Met plaggen. Het grootschalig plaggen is uitgangspunt voor het huidige vergoedingensysteem.”
Begrazen met vee is permacultuur