Kiemgroenten – alfalfa

Knollen, wortels, bollen en kolen. Dat is het zo’n beetje in de winter. Voor ons is dat steevast de periode dat we kiemgroenten maken. Lekker en gezond. Alfalfa en allerlei andere. En dat is helemaal niet moeilijk, geen kostbare plastic setjes of andere dingen nodig.

Laten we makkelijk beginnen. De meeste biologische winkels hebben wel zakjes alfalfazaad te koop. En anders bijvoorbeeld hier.

---

Neem een ruime glazen pot (bijvoorbeeld een augurkenpot. Doe er wat scheppen alfalfazaad in en zet dit, met een laagje koud water, een uur of zes weg. De zaden weken wat.
Doe over de bovenkant een gaasje: een stuk vitrage, wat horregaas, misschien een stuk oude panty. Maakt niet uit. Met een elastiek om de hals van de pot vastmaken.

---

Laat de fles door het gaas leeglopen.
Schudt even opdat de zaden weer naar de bodem gaan.
Zet dit schuin in een (plastic) lekbak weg op een koele donkere plaats. Bij ons is dat in het trappengat naar de kelder. Na een dag ziet u de zaden kiemen.
Spoel elke dag even en het water weglaten lopen in het gootsteen.
Zet weer terug, schuin op de donkere plaats.
Na een dag of vier begint het al wat te worden. Zie de foto’s hierboven.

 

---

Na pakweg zes dagen zetten wij de pot in het licht op het aanrecht, zodat er net wat groene blaadjes aan dreigen te komen. Dat duurt één dag.
Dan halen we de pot, die dan boordevol is gegroeid, leeg en hevelen de massa witte kiemen over in een (grotere) plastic bewaarbak.
En die bewaren we in de koelkast.

 

We eten er plukken van op brood met pindakaas en sambal. Op brood met ‘gewoon’ kaas (bij ons is dat Remeker), enfin, verzin zelf maar.

Dezelfde behandeling doen we met mungbonen die taugé worden. Met alfalfa kan in principe weinig misgaan. Bij het maken van taugé blijken de kleine worteltjes – de uiteinden – bij wat minder consequent spoelen en omkiepen, snel bruin te worden. Dat is minder smakelijk.