Op de BIO Beurs 2018 was het een mooie balans tussen grootbedrijf en mooie, nieuwe kleinschalige activiteiten, zoals cicioni en De Zaderij. Maar voor onze koningin Máxima leek het een tè lange dag.
Er namen pakweg 350 bedrijven deel aan de beurs die de IJsselhallen in Zwolle vult. We lichten er wat leuke dingen uit.
Mannen zijn het uitschot van de voedselindustrieWe ontmoetten ook Miss Wildpluk, Elsje Bruijnesteijn. Zij heeft een fles Japanse Duizendknoop-siroop mee, voor Nel Schellekens. Nel bereidt op 28 januari 2018 namelijk een zeer bijzonder maal met Bonte Bentheimer Ben Borg
als middelpunt – Nel is gefocust op mannenvlees: haantjes, bokken, stieren en beren of borgen/bargen, het uitschot van de voedselindustrie. Nel verzorgt deze dag drie kookdemo’s op de BIO Beurs.Bijzonder – De Zaderij
Coöperatie De Zaderij en Stichting Zaadvast presenteren zich op deze beurs. Biologisch zaad van zaadvaste (Nederlandse) groentenrassen. Jan Velema, ooit oprichter van zaadbedrijf Vitalis (ook aanwezig op de BIO Beurs) had enkele jaren geleden al De Zaderij opgericht, maar de fysieke afstand tussen zijn woonhuis en de plek waar het zaad werd geteeld was hem te groot. Nu is hij in feite de mentor van de telers van de coöperatie. De naam De Zaderij is gebleven.
Geen patenten op zaadStichting Zaadvast veredelt zaadvaste rassen. Ze zoekt donateurs voor dit goede doel. En dat is om mooie, nieuwe groenterassen te ontwikkelen die niet worden gepatenteerd. Openbaar cultureel bezit. Je kunt het vergelijken met wat in de IT shareware wordt genoemd.
Je mag zaden zaaien, je mag ze gebruiken voor nieuwe kruisingen, maar geen patenten aanvragen.
“Nu zijn er twee bedrijven op de wereld die nieuwe slarassen maken. En AH en Jumbo bepalen wat de consument op haar bord krijgt,” verduidelijkt Jan. Met Stichting Zaadvast hebben wij, de consument, weer zeggenschap over wat op ons bord komt.
Aardig detail is dat ik een jaar geleden een stuk of honderd zaden van de kreukerwt/grauwe erwt Kola aan Jan Velema had gegeven. Voor dit doel, voor De Zaderij. Jan vertelde dat een professionele teler nu al een kilo heeft afgenomen. “Je had het moeten patenteren,” grapte hij.
Eerlijk gezegd beschouwde ik ons, MergenMetz, wel een beetje als hoeder van Kola. Nu is het dus aan De Zaderij – oh, en in onze webshop. (We gunnen De Zaderij alles, maar we verkopen zaden om de kosten van onze hobby wat te drukken.)
Ook bijzonder – Cicioni
Rot is hot, maar in fatsoenlijke taal heet het gefermenteerd. Cicioni is in onze ogen echt nieuw: een Frans kaasje gelijkend product van gemalen amandelen en cashewnoten die met wat water aan het fermenteren zijn gebracht. We hebben het geproefd en het smaakt uitstekend. Kennelijk zijn we niet de enige, want in april 2017 is het in London verkozen tot best new organic food product. Het heeft een prettig mondgevoel en een licht zuur toontje, maar dat hoort nu eenmaal bij melkzuurfermentatie – zuurkool is ook verzuurde kool.
Wij zien het gebruik al voor ons in salades: groen, maar ook in een bietensalade. Of met tomaten.
Het Blauwe Huis en Simon Lévelt
We hebben een leuk gesprek met de dame van Het Blauwe Huis, kruidenleverancier. Een deel van de kruiden telen ze zelf, andere worden geïmporteerd. Dat moet ook wel, gezien het ruime assortiment. Naast Het Blauwe Huis is een stand van Simon Lévelt. Die kennen we. Onze andere hobby ClearChox is ‘preferred supplier’ voor goede chocolade. Opmerkelijk is dat de biologische winkels het zwaar hebben – de supermarkten vergroten hun bio-assortiment met de dag en de biologische groothandels hebben ook hun eigen supermarkten -, maar dat weinig mensen zich realiseren dat de winkels van Simon Lévelt ook een louter biologisch assortiment hebben. Het bedrijf is bijna 200 jaar oud.
Onze pindakaas!
Wij zijn grootverbruiker van Jori pindakaas. Verse pinda’s vermalen met een snufje zout. Meer niet. Geen gerotzooi met stofjes die het smeerbaar houden.
“Regelmatig omscheppen,” zegt Jeroen Kramer van producent Horizon uit IJsselstein. “Dan blijft het smeuïg.”
Wij mengen het droge restje uit de oude pot met de nieuwe.
Ik vraag hem wat hij denkt van die ‘maak-zelf-je-notenpasta’-machines die nu in sommige winkels verschijnen. Hij betwijfelt of dit beklijft. “Je moet met verse noten werken om een goede kwaliteit te verkrijgen.”
Greetje’s truffelmayo
Greetje uit Capelle aan de IJssel verwekt Betuws fruit (80% biologisch) en maakt echte mayonaise. We proeven de truffelmayo. Volgens Judith Evenaar vervliegt truffelsmaak snel en wordt vaak een kunstmatige geur-/smaakstof gebruikt. Ik zeg dat tegen meneer Greetje, die dat in alle toonaarden ontkent. Hij laat het ingrediëntenlabel zien en daar staat dat er een Italiaanse paddenstoelenpasta in de mayo zit en in die paddenstoelenpasta zit een klein percentage echte truffel. Zou het dan echt zo zijn?
Puur toeval of een Veld-en-Beek-luchtje?
Vanmorgen bracht Hans, werkzaam bij Veld en Beek, ons yoghurts, karnemelken en ander zuivel dat over de datum was. Voor onze bonte bentheimer landvarkens. Deze middag zitten Elsje en ik aan een tafeltje te wachten tot Nel Schellekens haar demonstratie begint. Elsje ziet culinair historica Carolina Verhoeven voorbij lopen en gedrieën praten we een beetje bij. Carolina gaat verder. Een jong stel met kind vraagt of de twee stoelen vrij zijn. Ja. Op de badge die ze hebben opgespeld staat Natuurboeren.
“Waar boeren jullie natuur?” vraag ik.
“In Uden.”
“Bij ons achter lopen blaarkoppen op de heide en in het bos,” zeg ik.
“Waar is dat?” vraagt zij belangstellend
“In Doorwerth.”
“Oh! Veld en Beek. Daar hebben we hiervoor gewerkt. We woonden daar op het terrein. Maar nu zijn we voor onszelf in Uden beginnen.”
En ik vertel dat Hans vanmorgen hier was, dat hij ook op het terrein woont.
“Ja, die kennen we!”
En als ik verklap dat Hans binnenkort Veld en Beek verlaat, blijkt dat zij dat ook al weten.
Dat op dat moment, op die dag, uit de duizenden bezoekers, juist deze mensen vragen om bij ons aan het tafeltje te mogen schuiven. Toeval bestaat niet. Ze roken onderbewust een Veld-en-Beek-luchtje aan mij.
Koningin Máxima en De Man als Bijvangst
Een paar dagen voor de beurs ontving ik van de organisatie dat ik mij niet tot het gevolg van de koningin mocht rekenen. En dat ik niet eerder dan om 11:00 uur naar binnen mocht. Ik stelde mij voor dat Máxima met een paar handen vol lakeien en hoogwaardigheidsbekleders ’s morgens door een vrij lege beurshal struint, terwijl het plebs buiten moet wachten.
Niets is minder waar.
Toen Nel Schellekens haar presentatie met de titel ‘De Man als Bijvangst‘ begon, verlieten we het tafeltje en schoven we wat naar voren. Als ze geen kok was geworden, was cabaretier een heel goede tweede keus.
Nadat de bel voor Nel had geluid, begon een volgende persoon aan zijn presentatie. Een man, dat dan weer wel. En eensklaps stond Máxima naast ons. Na even te hebben gewacht en beminnelijk te hebben geglimlacht, schreed zij en haar gevolg tot achter de fornuizen van het Voedselplein (dat op de BIO Beurs vreemd genoeg Foodplein heet). De demo-ende man leek helemaal los te gaan, sprak niet meer tot het publiek, maar richtte zich tot de koningin. Het moet mij van het hart, maar het gezicht van Máxima sprak boekdelen. Zo van: ‘Oh, mijn God, hoe lang moet ik nog naar die onzin luisteren’ of ‘Ik ben het zat, ik wil naar huis’ dan wel andere gedachten van die strekking vielen af te lezen. Nee, Koning of Koningin zijn is geen lolletje.
Gelukkig hebben we nog wat foto’s