Een man die uit eigen ervaring vertelt hoe hij, niet gestuurd door de geldende landbouwpolitiek, zijn boerenbedrijf in relatie met de natuur opbouwde. En dan ontdekt dat wat hij deed en doet permacultuur heet.
Kort samengevat
Een inspirerend boek. Ik heb het met plezier gelezen. Het leest vlot; zo'n persoonlijk verhaal van een recalcitrante Oostenrijkse boer gaat er bij mij in als koek. (In iedereen schuilt toch een rebel? Respect voor hen die ook daadwerkelijk dwars tegen de geldende mores in gaan.)
Josef (Sepp) Holzer nam in 1962 het bedrijf van zijn ouders over en besloot niet met de landbouwindustrie mee te doen. Het Krameterhof dat hij met zijn gade Veronika runt, is een paradijs en, zo moeten we begrijpen, hij boert goed. Anders is het geen succesverhaal. Ondertussen zijn veel boeren in de omgeving, die zich wel lieten leiden door de main stream van de grootschaligheid, pleite gegangen (failliet gegaan). Maar gaandeweg komen we er achter dat Holzer a prioi een fruitbomenteler is (of was). De rest van zijn boerenbedrijf is passie – dat hij nu in workshops, projecten en boeken uitbaat.
Titel |
Holzer's Permacultuur |
Van |
Sepp Holzer (vertaling: Marion de Kort) |
Uitgever |
Uitgeverij Jan van Arkel |
ISBN |
978 90 6224 517 8 |
Verschenen |
mei 2012 |
Prijs |
€ 19,95 |
Verkrijgbaar bij |
Alle boekhandels en indien u online wenst te winkelen, raden we de Libris-webwinkel aan. Dan verdienen de boekhandels zelf ook nog iets. |
Scepticisme
Het ligt niet in mijn aard om als een idioot achter trends en personen die zich als goeroes gedragen aan te rennen. Alleen al de aankondiging van de Nederlandse druk van Holzer's boek, werd door permacultuurliefhebbers dusdanig toegejuicht, dat mijn scepticisme omgekeerd evenredig toenam (of afnam, het is maar hoe je het bekijkt). Zien is geloven.
Als u het boek doorleest zult u ongetwijfeld gave ideeën opdoen. Wij althans wel. Maar allengs wordt ook duidelijk dat zijn permacultuur nu niet bepaald de basis vormt voor een echt, economisch rendabel boerenbedrijf dat de mensheid zal voeden. Maakt niet uit. Hij experimenteert en bepaalde principes kunnen worden overgenomen. Zeker door hen die zelfvoorzienendheid nastreven.
Holzer, de rebel
Als u iets nader wilt kennis maken met de inzichten van Holzer, bekijkt u dan dit filmpje. In Oostenrijks Duits. Ja, het is extreem wat hij zegt, kort door de bocht, maar het stemt tot nadenken. De aardkloot is immers van ons allemaal – en waar zijn we mee bezig? De mens moet zelfstandig zijn, niet afhankelijk.
En nu het boek
Water loopt naar beneden
Water is essentieel voor leven en met name voor Holzer, die op de berghelling boert, belangrijk. Op zijn Krameterhof zijn talloze vijvers aangelegd. Iets dat we in Nederland niet snel hoeven te doen. Maar toch…. Het is goed om erbij stil te staan dat het allemaal daar om draait.
In feite behelst het boek vijf grote thema's
– |
Holzer's persoonlijke verhaal, soms in hoofdstukken of paragrafen, soms gelardeerd door de rest van het boek |
– |
Hügelkultur (permacultuur) |
– |
Vee, en dan met name het nut van varkens |
– |
Fruitteelt (w.o. ook vermeerderen) |
– |
Paddestoelenteelt |
En dan nog wat over moestuin e.d. Maar het bovenstaande weegt het zwaarst in het boek.
Hügelkultur (heuvelcultuur)
Voor de één een eyeopener, voor de ander een bevestiging. De berghelling met rotsen biedt veel meer mogelijkheden tot het creëren van microklimaten dan het overwegen platte Nederland en Vlaanderen. Dat keien en rotsen de temperatuur matigen en dat daaronder minder verdamping is, is natuurlijk fijn. Wij moeten het hier doen met mulching.
Zand erover
Fenomenaal is de heuvelcultuur. Dat kunt u zo thuis in uw achtertuin toepassen. Alles wordt bij toeval ontdekt, dus denk ik dat het zo ongeveer moet zijn gegaan. Bij het aanleggen van terrassen, vijvers en rillen op de berghelling bleek er hout over. Stronken van gerooide bomen. Die zijn als een wal neergelegd en toen moet onze Sepp hebben gedacht: "Zand erover."
Zo leerde hij om stammen in te graven tot rijke, verhoogde bedden. Vertering van gesnipperd hout en blad kost stikstof. Door stammen in zijn geheel onder de aarde te duwen, gaat dit proces veel langzamer; de grond, de planten, worden echter wel gevoed. Het hout verteert langzaam, is voedingsbodem maar ook een vochtvasthoudende spons.
Groenbemesters en vanggewassen
Soms duikt Holzer de diepte in. Dan treffen we een lijst met indicatorplanten aan (pagina 45). Dus brandnetels wijzen op stikstofrijke grond en op zure grond groeit de heide. Stikstofarme grond is de basis voor grote tijm (niet wild in Nederland) en schapegras (rode lijst in Nederland). Maar andere planten die worden genoemd weer gelukkig wel. En er staan tekeningen van een aantal planten bij. Dit oogt dus erg volledig. Op pagina 104 staat een lijst met groenbemesters. Het past in zijn verhaal – dat dus lekker leest – maar het is zeker geen praktijkgids. Want zo volledig deze lijsten zijn, zo terloops worden planten die insecten aantrekken genoemd.
Kijk, Holzer is een professionele boer. Dus wij, amateurs, kunnen wat van hem leren. Maar we zullen, redelijkerwijs, niet alles in de praktijk brengen. Zo is het stukje over vanggewassen en combinatieteelt erg leuk – het deed me onmiddellijk denken aan 4000 Jaar Kringlooplandbouw (nog zo'n prachtig boek): snelgroeiende gewassen als sla, radijs en allerlei kruiden, die je zaait tussen een hoofdgewas. Eerst als het hoofdgewas (een graan) is geoogst komen deze tot volle wasdom en kunnen die ook nog in dat jaar worden binnengehaald.
Het evangelie is verkondigd. Nu doen!
Hij kan pakweg dertig bladzijden over runderen, varkens en pluimvee bij elkaar schrijven. Dat vinden wij persoonlijk een goede zaak. Hield iedere boer maar de dieren op een manier zoals hij het doet.
Fruitbomenkwekerij
Daarna, hoofdstuk 3, van blz. 159 tot 200, gaat het over fruit, enten en oculeren. Voorheen zijn core business, begrijpen we. Thans is dit het uitdragen van zijn permacultuurfilosofie.
Fruitbomen worden niet gesnoeid
Opzienbarend is zijn statement "Mijn bomen worden nooit bespoten met bestrijdingsmiddelen [nou ja, dat is niet zo opzienbarend in zo’n boek] en nooit bemest, geïrrigeerd of gesnoeid. Om onder deze omstandigheden te kunnen groeien en gedijen moeten ze zich tot robuuste onafhankelijke bomen ontwikkelen." Holzer gaf twee jaar garantie op zijn bomen, als hij ze zelf plantte en de eigenaar zijn advies op zou volgen. "Deze garantie gaf mij groot marktvoordeel," schrijft hij.
Hij verhaalt van zijn opleiding, hoe op klassieke manier fruitbomen worden gesnoeid en geplant: kuil, kunstmest, verzinkt worteldoek tegen woelmuizen en een paal ernaast. En bij appelbomen werden takken met een hoek van minder dan 45 graden weggesnoeid (peren: 60 graden). Hij leerde met zware insecticiden werken.
Hoe anders is het nu.
Het geheim
Holzer laat alle takken onder de entplek intact. Hij graaft geen gat van een meter, gebruikt geen (kunst-)mest e.d. Nee, Holzer graaft ze gewoon goed in en bedekt de aarde eromheen met mulch of stenen. Dat houdt het vocht vast, breekt af en dient (dus) als bemesting. De stenen zorgen voor een gelijkmatige temperatuur en stabiliseren bovendien de boom doordat ze de wortelkluit verzwaren.
Om de bomen worden bodemverbeterende planten gezaaid: lupines, honingklaver, luzerne en kruipbrem. De diepe wortels zorgen voor een luchtige bodem en drainage.
Niet snoeien betekent dat de bomen en takken hun veerkracht behouden, aldus Holzer. Door het dragen van vruchten gaan takken hangen en komt er vanzelf licht in de kruin. Dat klinkt logisch. Volgens hem gaan door snoeien de bomen hun energie steken in het vormen van waterloten en daarmee kom je in een vicieuze cirkel. (Daar zou hij wel eens gelijk in kunnen hebben. Vorig jaar snoeiden we onze fruitbomen en nu hebben we, zeker op één boom, veel waterloten. Die wil ik weer wegsnoeien…)
De takken onder de entplek dienen als bescherming tegen vraat, vindt Holzer. Maar dan moeten ze er wel eerst zijn; wij plantten onze nieuwe fruitbomen en twee weken later hadden konijnen de stam kaalgeknaagd. Holzer's tweede remedie is: zaai overvloedig (aardpeer, klaver boekweit e.d.) rond de fruitbomen, zodat het gedierte daar genoeg aan heeft. En dan volgt een uitvoerige lijst met fruitrassen. Sommige ervan zijn ook hier in den lande goed verkrijgbaar.
En dan zie je dat fruitbomenteelt Holzer's passie is: er volgt een uitvoerige cursus enten en oculeren.
Het Krameterhof-verdienmodel
Uit alles blijkt dat Holzer ervan geniet dat hij als rebel succes heeft en lof oogst. Dat straalt alles uit. Maar uit het boek wordt mij niet duidelijk wat zijn agrarisch verdienmodel is. Op bladzijde 161 zegt hij dat de verkoop van fruitbomen lange tijd een van de voornaamste inkomstenbronnen voor de boerderij was. Je kan je dan afvragen of er sprake is van een heuse boerderij die rendabel gedreven is op permacultuur. Of dat het een eigenwijze fruitbomenteler is die de rest als hobby en bijverdienste ziet. Feit is: hij heeft een flinke lap grond, investeert behoorlijk in de aanleg van terrassen, wallen, vijvers en meer, maar het zijn allemaal fragmenten. Ook Holzer moet aan de pecunia komen om machines te kopen en te onderhouden om zijn dromen te realiseren. Uit het boek kan je opmaken dat de familie leeft van veel verschillende bronnen. Naast de teelt van fruitbomen en advies: waterplanten, vis (koi karpers) en rivierkreeftenteelt, paddestoelen, wat groenten, fruit en ongetwijfeld rund- en varkensvlees.
Kijk, dan is het wel "lachen" als je collega-boeren in de echte landbouw het niet redden.
Nergens zie ik opbrengsten in termen van aantallen kilo's fruit en groenten. Nergens zie ik kosten. Want het is natuurlijk wel leuk, al dat groen dat door elkaar meandert: het oogsten van een kist pompoenen duurt langer en kost meer (tijd).
Of het moet de zelfpluktuin zijn, die op pagina 80 wordt uitgebeeld. Maar op de website staat dien aangaand nergens wie, wat of waar. Of verdient hij eigenlijk een goede boterham aan de adviezen, inrichtingen en ontwerp van openbaar groen (blz. 161), van boeken, rondleidingen/workshops (€ 95 p.p. voor een dag, € 295 p.p. voor een cursus van twee dagen en € 490 voor een vierdaagse training. In binnen- en buitenland.
Geef mij maar Holzer
Steeds meer mensen gaan het gevecht met de natuur aan, in plaats van de natuur in al haar veelzijdigheid te aanvaarden.
Dit maakt het allemaal wel boeiend, gezien de recente, door het boek Hamburgers in het Paradijs van Louise Fresco aangeslingerde, discussie. En, niet te vergeten, WUR-bestuursvoorzitter Aalt Dijkhuizen, met zijn pleidooi voor nog intensievere landbouw. Nee, doe mij dan maar Holzer. Maar o wee, wat moet de wereld dan veranderen….