Flora Batava komt er aan

Binnenkort verschijnt een hedendaagse bewerking van de Flora Batava. Dit gebeuren wordt ingeluid met tentoonstellingen op een aantal locaties in Nederland. Een ervan is de bibliotheek Wageningen UR, Special Collections. Op 17 mei 2023 vond de opening plaats en konden gasten oude pagina’s bekijken.

Een deel van de tentoonstelling van Special Collections

De Flora Batava is de eerste flora van Nederland, met alle inheemse planten. Anneke Groen, conservator van Special Collections, hield een korte voordracht over de geschiedenis van het boekwerk en de hedendaagse bewerking, die is geïnitieerd door de Koninklijke Bibliotheek.

Rond 1800 nam uitgeverij J.C. Sepp & Zoon het initiatief voor de flora. Alle ons omringende landen hadden immers al een ‘eigen’ flora. De uitgeverij benaderde Jan Kops, die bedong dat alle afbeeldingen gemaakt moesten zijn naar het leven van de in Nederland gevonden planten. Dat betekende: plant vinden, tekenen, gravure maken, zwart-wit drukken, handmatig inkleuren. De Flora Batava was een ‘losbladig’ werk in 461 afleveringen die gedurende 134 jaar zijn uitgegeven. Van 1800 tot 1934. Hetgeen betekent dat veel mensen en ook verschillende uitgevers er aan hebben gewerkt. Voor de eerste uitgave hadden 230 mensen ingetekend.
Tijdens de opening van de tentoonstelling op de WUR hield Anneke Groen een presentatie. Ze begon met een afbeelding van een krantenartikel uit 1948 dat over het arboretum gaat, maar waarin de Flora Batava in de tweede helft wordt genoemd. Alle pagina’s zouden bij WUR Special Collections liggen, maar dat is niet zo. Wel een duizendtal. De bibliotheek bezit originele tekeningen en de ingekleurde gravures. Enkele zijn tentoongesteld. Het is prachtig deze naast elkaar te kunnen bekijken.

De Flora Batava kent 2240 afbeeldingen en 2400 soorten – soms staan in een afbeelding twee of meer soorten. In de uitgave die nu verschijnt worden honderd planten volledig getoond met een beschrijving van een hedendaagse deskundige. De andere afbeeldingen zijn verkleind tot vier op een pagina. Al met al een dik en gewichtig boek.

Links gedrukte, ingekleurde gravure, rechts de originele tekening

Van de honderd nieuwe plantbeschrijvingen komen er twaalf van de hand van (oud) WUR-medewerkers, waaronder Liesbeth Missel (we moeten haar natuurlijk wel noemen omdat we haar al langer kennen).

Verdeling van de gewassen
Wat is het?

Ook tijdens het openingsevenement gaf Anastasia Stefanaki, botanica en gespecialiseerd in botanische geschiedenis, een presentatie waarin het werk omtrent de hedendaagse uitgave werd toegelicht. Alle planten zijn namelijk opnieuw gedetermineerd. Ze vertelde dat ruim vierhonderd stuks enige moeilijkheden opleverden en uiteindelijk zo’n honderd niet konden worden geïdentificeerd. Uitgestorven?

Vervolgens lichtte ze er één plant uit: de bostulp. Op zich merkwaardig om een mediterrane plant in een Nederlandse inheemse flora op te nemen, toch? Maar de bostulp is een gevierde stinsenplant die toentertijd al behoorlijk was verwilderd. De eerste melding in Nederland dateert van 1770. Maar waar kwam de bostulp vandaan? De presentatie van Anastasia kwam fraai overeen met wat wij zelf doen als we de geschiedenis van een groente beschrijven: oude botanische werken doornemen en het spoor terug proberen te volgen. Anastasia volgt onder andere Dodoens, De Lobel, de Zwitser Conrad Gessner en komt uiteindelijk tot de conclusie dat de Nederlandse bostulp rond 1550 uit Padua moet zijn gekomen. Of misschien Bologna? Maar hoe het tulpje dan daar terecht is gekomen, is nu dus de vraag.

De hedendaagse uitgave van Flora Batava verschijnt rond 1 juni 2023.

Plaats een reactie