De Tasty is een vreemde naam, maar wel een aangename beurs met allerlei op het gebied van eten en drinken. En toebehoren. Van behoorlijk niveau, gericht op de toegewijde thuiskoks en levensgenieters. Op 31 oktober en 1 november 2015 in de Jaarbeurs in Utrecht.
Onderaan het bericht is een foto slider opgenomen.
De entree voor de beurs bedraagt een schappelijke twintig euro p.p. Maar parkeren kost relatief gezien een fortuin. Zeker als u na een uur of drie terugkeert naar de parkeergarage van de Jaarbeurs en veertien euro moet betalen.
De algehele indruk is dat van een fijne beurs met aanbieders van relatief en ook kwalitatief goede producten. Grofweg de helft van de vloer is ingericht met heuse beurspaviljoens en de andere helft beslaat straten met marktkramen. Langs de linkerzijde is een vorm van wijnstraat gecreëerd. Links en rechts zijn “lokalen” voor kookworkshops ingericht en een plek voor publiekspresentaties. Het is een juiste dosering van grote partijen (KitchenAid, Kenwood) en kleine, toegewijde leveranciers of importeurs. De organisatie mag daarvoor worden gecomplimenteerd.
Een paar vermeldenswaardige indrukken.:
Italiaanse kazen uit Nederland
Bij binnenkomst stuitten we meteen op fel verlichte stands van Kenwood/DeLonghi enerzijds en de kamado’s (chique ketelbarbecues), van een merk dat ik ben vergeten, anderzijds. Na even bij de boeken van Carrera Culinair te hebben stilgestaan, stopten we bij een fraaie kraam Italiaanse kazen. Van melk van Nederlandse koeien en (dus) uit Nederland. Oudwijker heet het pas twee jaar oude bedrijf. Ik zie talegio, pecorino, toma, robiola. Ik proef de robiola en ze is verrukkelijk.
Ik praat voornamelijk met Marieke van Eyndhoven, maar haar echtgenoot, Rutger Pekelharing is werkelijk betrokken bij deze bijzondere onderneming.
Drie Nederlandse mannen leren de kunst van het kaasmaken van de Italiaan Cesare Ribolzi in Bergamo en maken in Nederland gebruik van de melk en faciliteiten van boerderij De Brienenshof in Cothen.
De kazen worden gemaakt van gepasteuriseerde melk. Doch de korst bestaat uit natuurlijke schimmels. Bij de boerderij is voor hen een speciaal “kaaspakhuis” ingericht voor deze kazen.
Mira avocado-olie en andere lekkernijen
Ecuadors Fine Taste heten ze. We kennen hen goed. Mooie producten uit Ecuador. Het bedrijf importeert ook Hoja Verde chocolade, die wij – via ClearChox (onze andere hobby) in de Benelux en Duitsland aan winkels verkopen. Maar daarnaast hebben ze Velèz koffie en ook verse avocado’s. De avocado-olie wint aan bekendheid en populariteit. Vooralsnog is het een product voor de fijnproevers, want zolang de consument nog niet echt bekend is met raapzaadolie of pompoenpitolie, zal avocado-olie nog een stap te ver zijn. Doch bij de gourmets en in restaurants wint het aan populariteit. Probeer het eens. Op deze kaart vindt u de winkels (klik onder de kaart op Mira-olie).
My Zaitoen – Marokkaanse olijfolie
Wie denkt dat alleen arganolie uit Marokko komt, komt bedrogen uit. Ze kunnen daar ook olijfolie maken. We proeven uiterst aromatische zachte My Zaitoen – ‘my is gewoon het engelse ‘mijn’ en zaitoen is Marokkaans voor olijfolie. Twee vriendelijke Nederlandse jongemannen staan achter de kraam. Ik praat met Abdelilah Dahmich. De olie wordt door zijn vader in Marokko geperst en zij zijn net begonnen het te verkopen. Leuk!
Waar in Marokko? Welnu, uit Kassita, midden in het Rif-gebergte.
Er is al heel veel olijfolie op de markt, maar dit moet een toekomst hebben.
We passeren de stands van Falksalt (1001 zouten), DiGusti (Italiaans spul), Reypenaar en Klesbeke. En vele andere die minder onze aandacht trekken. Hé, daar staat de Bettinehoeve met geitenkaas. Die kwamen we ook op de Horecava tegen. Bettinehoeve is gewoon een groot bedrijf geworden dat al vele jaren zelf geen geit meer houdt.
Er er zijn talloze stands met thee. Wat ons opvalt is dat er betrekkelijk weinig stands zijn met keukengerei. Behalve de eerder genoemde Kenwood/DeLonghi zien we KitchenAid en Solis. En twee of drie stands met pannen, maar het houdt niet over. Cooking Supplies met Spaanse pannen van Castey trekken onze aandacht – het zijn grote pannen met anti-aanbaklaag (geen Teflon). Misschien geschikt om van kweeperen membrillo te maken.
Den Eelder een zelfverwaardende boerderij
Deze familie uit Well maakt onder eigen naam al sinds 1990 zuivelproducten. Ze leveren niet aan de grote zuivelindustrie maar verwaarden het zelf: yoghurts, melk en karnemelk, boter, vla. Ze hebben ongeveer vijfhonderd koeien en op hun terrein staat (dus) ook een melkfabriekje.
Biologisch? Nee, maar, zoals ze zelf zeggen: duurzaam-gangbaar. Zonnepanelen, mestvergistingsinstallatie, van die dingen.
Okay, de koeien dragen geen hoorns en als ze ziek zijn is er gewoon de spuit met antibiotica.
Op de vraag wat de koeien eten, luidt het antwoord: “Gras.” We wijden uit over kruidenrijke weiden. Zoals bij De Groote Voort, waar ze Remeker maken. Daar zijn de dieren antibioticavrij en dragen de koeien gewoon hoorns. Kruidenrijk grasland zorgt voor gezonde koeien. Volkomen eko en eigenlijk meer.
Den Eelder mag dan wel geen De Groote Voort zijn, het is wel een toonbeeld van een boerderij die zelf het heft in handen heeft en niet in de waanzin van FrieslandCampina meedoet, waarbij 80% van de zuivel voor de export is. Meer boeren moeten een voorbeeld nemen aan Den Eelder. Of nog beter: de familie Van der Voort.
V2C Dutch Dry Gin
Deze jonge mannen maken een bijzonder smakelijke gin. Ook in de hogere percentages. De alcohol wordt ingekocht – bijna alle stokerijen doen dat – maar verder destilleren ze zelf, drie maal. We treffen hen vrij kort nadat we binnen zijn gekomen, dus alleen een licht ontbijt ligt op de maag. Ook al bevatte het proefglaasje een bodempje, het sloeg wel aan. Maar heerlijk zacht en vol van smaak. We kopen een fles Navy Strenght – voor minder gaan we niet. En nee, we mixen deze gin niet.
En dat was ons bezoek. Morgen, 1 november, kunt u nog gaan. Als u van koken houdt en niet weet wat u zondag moet doen, zou ik zeggen: ga heen.