Sinagote – Het levensverhaal van een lepelaar

Een boek als een monument. Een monument voor het leven van een vogel. Een individuele vogel – Sinagote genaamd – maar ook een vogelsoort – de lepelaar. En een monument voor natuurbeheer, vogelbescherming, moderne technologie, en al het liefdevolle monnikenwerk dat daarbij komt kijken.

Dit boek gaat over een lepelaar. Ja, echt, één specifieke lepelaar. Één individu. Een vrouwtje, dat in 2006 op Vlieland geboren werd en kort na haar geboorte geringd. Ditzelfde vrouwtje werd in 2013 opnieuw gevangen en kreeg een kleine GPS-tracker op haar rug. Met de gegevens uit die tracker, gecombineerd met terugmeldingen van mensen die de vogel hadden herkend aan haar ringen, is over de jaren een onvoorstelbaar gedetailleerd beeld ontstaan van het leven van een lepelaar. Inmiddels heet ze Sinagote – waar die naam vandaan komt, kun je in het boek lezen. Aan de hand van haar levenswandel, die soms verrassend is en soms meer voorspelbaar, gaat de wereld van de lepelaar voor je open. Een prachtige vogel, die in de jaren 1960-1970 in Nederland vrijwel uitgestorven was, maar nu weer volop terug is. ‘Vogelprofessor’ Theunis Piersma, Groningse wetenschapper Petra de Goeij, GPS-tracker expert Willem Bouten, en boswachter Carl Zuhorn bundelden hun liefde voor – en kennis over – de lepelaar in dit schitterende boek.

TitelSinagote – Het levensverhaal van een lepelaar
VanTheunis Piersma, Petra de Goeij, Willem Bouten en Carl Zuhorn
UitgeverNoordboek
ISBN978 90 561 5722 7
Verschenenapril 2021
Prijs€ 22,50
Verkrijgbaar bijAlle boekhandels en indien u online wenst te winkelen, raden we deze aan. Dan verdient de echte boekhandel zelf ook nog iets.

Een verhuisde lepelaar

Sinagote is nu ongeveer 15 jaar oud. Dat is al best een beetje op leeftijd voor een lepelaar. Maar: still going strong. In 2012, toen ze dus zes was, werd ze voor het eerst als broedvogel gesignaleerd, op Schiermonnikoog. Daar werd ze in 2013 ook gevangen en gezenderd. Maar het jaar daarna dook ze ineens op in een kolonie op Vlieland! Ze was verhuisd, terug naar haar geboortegrond. Dat gebeurt zelden, schijnt. Zo zelden dat de onderzoekers het in eerste instantie niet geloofden. Maar het bleek wel degelijk Sinagote. Ze zou toch niet zo geschrokken zijn van het zenderen dat ze nu niet meer terug durft naar Schiermonnikoog? Of zou ze met dat lelijke zwarte kastje op haar rug geen partner kunnen vinden? Geen van beiden lijkt het geval te zijn, want Sinagote komt nog regelmatig op Schiermonnikoog terug, en er volgen in latere jaren nog vele succesvolle broedsels. Gelukkig maar. Wat exact de reden van haar verhuizing was zullen we misschien nooit helemaal goed begrijpen. Maar dat bij lepelaars soms subtiele redenen een rol spelen, dat is wel duidelijk.

Nature of nurture?

Sinagote hangt in de zomer rond in Noord-Nederland. In de laatste weken van september, je kunt er bijna de klok op gelijk zetten, verdwijnt ze. Dan vliegt ze, weten we dankzij de tracker, in een of twee dagen naar Bretagne. Daar verblijft ze vrijwel exact zes maanden, in een aantal verschillende gebiedjes waaronder de Golf de Morbihan en het Marais de Guérande. Maar niet alle lepelaars blijven in Frankrijk. Sterker nog, een groot deel van de Nederlandse lepelaars vliegt in de winter naar Afrika, naar de Banc d’Arguin in Mauretanië. Ze maken daarbij tussenstops, zoals in de ondiepe baaien van het Baskenland of Zuid-Marokko.
Soms vliegen ze ook ‘s nachts. Soms vliegen ze hoog, soms laag. Soms snel, soms langzaam. Fascinerend is de vraag hoe de lepelaars de trekroutes leren kennen en hoe ze beslissingen nemen over de route. Dezelfde vogel kiest namelijk niet altijd exact dezelfde route, zo blijkt. En de groepjes waarin de lepelaars de grote trek wagen zijn ook telkens verschillend samengesteld. Er zijn ook lepelaars die in Frankrijk of Spanje broeden en in Afrika overwinteren. Die sluiten zich gaandeweg aan bij de groepjes noordelijke lepelaars. De onderzoekers poneren in dit boek een gewaagde stelling: dat de trek bij lepelaars in ieder geval gedeeltelijk een cultureel fenomeen is. Gangbaar is momenteel de opvatting dat al dit soort gedrag bij dieren vastligt in het DNA (‘nature’), maar er lijken bij lepelaars duidelijke aanwijzingen dat de vogels gedurende hun leven, maar ook gaandeweg de reis naar het zuiden, met elkaar communiceren en zo de beste route kiezen. Nurture dus: aangeleerd, cultureel gedrag.

Oude bekenden opzoeken

Zoals goed onderzoek betaamt, roept ook dit onderzoek naar de bewegingen en gedragingen van gezenderde lepelaars meer vragen op dan het beantwoordt. Wat we te weten zijn gekomen over lepelaars is dat ze vooral vis eten, terwijl eerder gedacht werd dat ze vooral garnalen aten. Iets anders is dat, hoewel lepelaars behoorlijk individueel opererende dieren zijn, het er toch op lijkt dat bepaalde vogels elkaar telkens weer opzoeken. Sinagote, bijvoorbeeld, wordt ieder voorjaar in Friesland gespot samen met een andere geringde lepelaar, Ryan genaamd. En een andere oude vriend, hij heet Botu, treft ze iedere nazomer bij het ruien. Tenslotte trekt Sinagote nog altijd regelmatig op met haar oudste dochter, geboren in 2014. Is dit allemaal toeval? Of zien we een beeld van sterk individueel opererende vogels, die er toch bewust voor lijken te kiezen om regelmatig oude bekenden op te zoeken en een tijdje met hen op te trekken?

Hoe bijzonder is dit!

Wat speciaal om een wild dier zo nabij te leren kennen. Want zo voelt het. Natuurlijk waaiert het boek breed uit; je komt naast over het leven van Sinagote nog veel meer te weten: over andere lepelaars, trekroutes, natuurbeheer en onderzoek in Nederland, gebieden in Spanje en Afrika en nog veel meer. Alles gelardeerd met schitterende foto’s. Maar uiteindelijk is dit het verhaal van Sinagote. En wij vinden dat verhaal zeer geslaagd.

Plaats een reactie