Het leven op onze planeet is in gevaar. Dat is niet van vandaag of gisteren; de biodiversiteit gaat al tijden achteruit. Dat begint zo langzamerhand op te vallen. Saaie bossen, kale velden en schone autoruiten. Twee wijze mannen laten dat in een boek en een film op krachtige wijze zien. Hun boodschap: door de biodiversiteit te redden en te herstellen, redden we uiteindelijk ook onszelf.
Normaliter houden we het hier bij Nederlandstalige boeken, maar dit keer maken we een uitzondering. ‘The Nature of Nature’ is een Engelstalig boek. Voor de niet-Engels-lezers onder u bespreken we een alternatief: de film ‘A life on our planet’ van Sir David Attenborough, te zien op Netflix of misschien nog hier en daar in de bioscoop. (Misschien komt het nog op DVD of Blu Ray uit.) Het boek en de film lopen behoorlijk parallel. Beide zeer de moeite waard.
Titel | The Nature of Nature – Why we need the wild |
Van | Enric Sala |
Uitgever | National Geographic Society |
ISBN | 978 14 262 210 19 |
Verschenen | Augustus 2020 |
Prijs | € 31,95 |
Verkrijgbaar bij | Vele boekhandels en indien u online wenst te winkelen, raden we deze aan. Dan verdient de echte boekhandel zelf ook nog iets. |
De film ‘A Life on our Planet’
‘A life on our planet’ is een film, zoals we van Sir David Attenborough gewend zijn, met schitterende beelden van de natuur in al haar rijkdom. Die worden afgewisseld met close-up interviewbeelden van de grote man zelf. Echt persoonlijk wordt het nooit, verwacht geen tranentrekker, daarvoor is het allemaal te Engels (gelukkig maar). Voor de meesten van jullie – bezoekers van onze website zijn immers al “groener” dan gemiddeld – zal er inhoudelijk weinig nieuws in de film zitten. Maar toch is hij de moeite waard, vooral door de opbouw.
Attenborough schetst een intens en aangrijpend beeld van hoe de natuur wereldwijd achteruit ging tijdens één mensenleven – het zijne. ‘A Life on our Planet’ is zijn leven op onze planeet.
Hij liep als jonge man in een andere, veel rijkere natuur rond dan nu. Er waren toen minder mensen op aarde, minder broeikasgassen in de atmosfeer, en een veel groter deel van de aarde was nog ongerept. De reis door zijn leven, die we in de film meemaken, is duizelingwekkend: door de geologische tijd, door continenten, seizoenen, ecosystemen. Langs iconische diersoorten (gorilla’s en walvissen, bijvoorbeeld) en wetenschapsgeschiedenis. Langs de plekken ook, waar hij zijn beroemdste films en series opnam, zoals de oerwouden van Borneo en het Great Barrier Reef in Australië.
Het is geen vrolijk stemmende reis. Die een nog veel somberder vervolg krijgt, als er niks verandert. Ook dat laat de film zien. Massale uitsterving van diersoorten. Droogte, bosbranden, degradatie van het Amazonewoud. Insecten verdwijnen, bodems verarmen, het weer wordt onbestendiger. Delen van de aarde worden onbewoonbaar. Er is niet voldoende voedsel en grote groepen mensen worden dakloos.
Het siert deze krasse knar dat hij weigert zich neer te leggen bij de sombere conclusie dat alles alleen maar onomkeerbaar achteruit gaat. Letterlijk zegt hij in de film: ‘I certainly would feel very guilty if I saw what the problems are and decided to ignore them’. Dat zouden meer mensen moeten doen.
‘I certainly would feel very guilty if I saw what the problems are and decided to ignore them’. – Sir David Attenborough
Dat sluit naadloos aan bij wat Floris Alkemade in De Toekomst van Nederland zegt: “Als we het over onze verantwoordelijkheid ten opzichte van de klimaatverandering hebben, zeggen we vaak dat we aan onze kleinkinderen moeten denken. Wij kunnen er vrij zeker van zijn dat als we er niet in slagen de wereldwijde temperatuurstijging binnen de perken te houden, onze kleinkinderen in de toekomst ook nog veel aan ons zullen terugdenken.”
Het boek ‘The Nature of Nature’
De auteur, Enric Sala, is van oorsprong Catalaan, maar al lang Amerikaan. Een professor in de mariene biologie die nu het ‘Pristine Seas’ project leidt voor National Geographic. Hij doet onderzoek, leidt expedities en maakt er films en series over. Zijn werk staat aan de basis van achttien beschermde natuurgebieden in zee. Je kunt hem in deze TED-talk horen praten over zijn passie – het creëren van een enorm natuurreservaat in alle oceanen van de wereld. Vergis je niet, deze man klinkt misschien hardnekkig als de Spaanse ober Manuel uit Fawlty Towers, en is in Nederland vrijwel onbekend, maar hij is wereldwijd zeer invloedrijk. Een signaal daarvan is het voorwoord dat HRH The Prince of Wales (Prins Charles) in het boek schreef.
Een boek geeft meer ruimte dan een film voor diepgaande uitleg. En die krijg je dan ook, overtuigend, persoonlijk en leesbaar. Sala legt bijvoorbeeld uit waarom biodiversiteit nou eigenlijk zo belangrijk is. En hij laat zien dat meer biodiversiteit uiteindelijk voor iedereen beter is. Zijn krachtigste voorbeeld zijn de ‘No-take-zones’: stukjes zee die als natuurreservaat worden beheerd, zonder enige visserij (dus NUL, ook geen ontheffingen voor kleinschalige lokale vissers).
Wat blijkt, is dat deze gebiedjes al snel zó rijk worden aan leven dat ook de bredere omgeving (waar nog wel mag worden gevist) ervan profiteert. Ze worden een soort kraamkamers, aanjagers, groeikernen. De vissers leveren dus ruimte in, maar ze vangen uiteindelijk meer, zowel kwantitatief als kwalitatief. En daarnaast trekken de reservaten toeristen waar goed aan te verdienen valt. Sala benoemt in zijn boek vooral voorbeelden uit de tropen, maar dat het op andere plekken ook uitstekend werkt bewijst bijvoorbeeld een project in Schotland.
De kracht van beeld
Soms zou je bijna denken dat Attenborough en Sala af en toe even overlegd hebben om hun boodschap te synchroniseren. Ze gebruiken bijvoorbeeld allebei de kernramp in Tsjernobyl als wake-up-call voor de rampzalige invloed van de mens op de natuur, maar ook als voorbeeld van de veerkracht van de natuur. Net als de eerste beelden van de aarde vanuit de ruimte, gemaakt door de bemanning van het ruimtevaartuig Apollo 8 op kerstavond 1968, die op een hele generatie een diepe indruk hebben gemaakt.
In The Third Plate haalt Dan Barber het voorbeeld aan van de Amerikaanse landbouw in het Midden-Westen. Verschraling van de grond, zandverstuivingen en meer. De planten die daar van orginie groeiden, wortelen diep en houden vocht en aarde vast. De nieuwerwetse productierassen wortel oppervlakkig, zijn gevoelig voor droogte en de aarde verstuift na een keer ploegen..
Activisten tegen wil en dank
Beide mannen zijn eigenlijk activist tegen wil en dank. Sala, een wetenschapper die geen zin meer had om aan de zijlijn te staan en onderzoek te doen dat iedere keer weer aantoonde hoeveel verder de wereld was achteruit gegaan. En Attenborough, een natuurliefhebber en filmmaker, die het op zijn oude dag echt niet meer kan aanzien en zijn bekendheid en invloed nog één keer wil inzetten. Allebei geloven ze in de kracht van het beeld en van het brengen van beelden van de natuur naar een breed publiek. Beelden gaan vaak recht het hart van de kijker in; bij de verwende kijker van nu misschien minder dan in de vorige eeuw, maar toch.
Waarheen? Oproep tot verandering
‘The nature of nature’ en ‘A life on our planet’ eindigen allebei met een oproep tot verandering. Om de stabiliteit op aarde terug te brengen moeten we de biodiversiteit herstellen en de wereld opnieuw verwilderen (‘rewild’). Dat is minder ingewikkeld dan we misschien denken. En de veranderingen pakken ook voor onszelf positief uit. Het kan. We hoeven het alleen maar te willen.
Concreet:
- De bevolkingsgroei vertragen door ontwikkeling: de levensstandaard van arme mensen op duurzame wijze verhogen. Een hogere levensstandaard is de beste – en eerlijkste – manier om bevolkingsgroei af te remmen.
- Fossiele brandstoffen uitfaseren en volledig omschakelen op duurzame energie.
- De helft van het oppervlak van land en zee permanent beschermen, en de rest duurzaam beheren en gebruiken:
- No-take-zones inrichten in 1/3 deel van de kustwateren, en in de gehele open oceaan.
- Onmiddellijk stoppen met ontbossing.
- 30% van het landoppervlak permanent beschermen tegen verdere ontwikkeling.
- Het areaal landbouwgrond verminderen door minder vlees te eten, door minder voedsel te verspillen, en door de landbouw effectiever te maken (met high-tech én low-tech maatregelen).
- Het vrijkomende land op intelligente wijze teruggeven aan de natuur.
Nederland lichtend voorbeeld
Op het laatste punt is in de Nederlandstalige pers commentaar gekomen. Attenborough voert in zijn film namelijk Nederland op als lichtend voorbeeld van efficiënte landbouw waar ook andere delen van de wereld naar zouden moeten streven. Dat is natuurlijk een beetje kort door de bocht; de Nederlandse landbouw is zeker niet vrij van milieuproblemen. De beelden die gekozen zijn, van eindeloze glastuinbouw bijvoorbeeld, zijn misschien ook een beetje ongelukkig. Maar toch hebben Attenborough en Sala wel degelijk een punt als je meedenkt vanuit het grotere geheel. Als we hun advies volgen en ervoor zorgen dat de vleesconsumptie (en productie) omlaag gaat dan heeft dat ook in Nederland direct positieve gevolgen hebben voor de milieubelasting. Als we minder voedsel verspillen hoeft er ook minder voedsel te worden geproduceerd. En als het er om gaat om de hele wereldbevolking te voeden, zullen we toch echt moeten blijven zoeken naar landbouwtechnieken waarmee we op duurzame wijze, op een relatief klein oppervlak, veel mensen kunnen voeden. Zodat er veel plek overblijft voor natuur. Ook dat is mogelijk – we hoeven het alleen maar te willen.
‘Nature is our biggest ally and our greatest inspiration. A species can only thrive when everything else around it thrives, too’. – Sir David Attenborough
En toen was er covid-19
Op het moment dat het ter perse zou gaan, telde het boek zo’n 222 pagina’s. Nu vijftien meer.
Sala schrijft dat het middel tegen het covid-19 virus, het o zo kleine maar levensgevaarlijke roofdier voor de mens, in de voorgaande hoofdstukken ligt besloten.
We geven vleermuizen de schuld als de bron – vleermuizen hebben een ijzersterk immuunsysteem, ze spugen, pissen en poepen het virus uit. Het schubdier was slechts doorgeefluik. Maar ook de Aziatische civetkat blijkt doorgeefluik te zijn.
Sala stelt keihard dat naarmate de mens meer en meer inbreuk maakt op de natuur, komt de natuur meer in contact met de mens en zullen deze ziektes vaker de kop op steken. Nu is het corona, een paar jaar geleden SARS, daarvoor MERS en we hebben Ebola, hondsdolheid en meer zoönoses. En vergeet Q-koorts niet.
Sala doelt op kappen van oerwoud voor landbouw en veeteelt, drassige gebieden droogleggen voor huizenbouw en kanaliseren van het water.
We hebben stabiliteit en veerkracht nodig, in plaats van ongebreidelde economische groei.
Zo luiden nu de laatste woorden.