Eindelijk is het in het Nederlands verschenen, de vertaling van Essbare Wildpflanzen. Onmisbaar, volledig, makkelijk hanteerbaar, deskundig en helder in tekst en uitleg. Een uitkomst voor iedereen die de volgende stap naar het eten van “onkruid” uit eigen tuin en in het wild voorkomende groenten wil zetten. Een beter boek is momenteel niet te krijgen.
Van harte aanbevolen
U moet weten dat we al geruime tijd gebruik maken van Essbare Wildpflanzen – het Duitstalige boek. Het hoort tot de selectie van standaardwerken die binnen handbereik liggen. Moeten we dan nog meer vertellen? We zijn blij dat het ook in het Nederlands is verschenen, zodat het nu binnen ieders handbereik is. Want het is goed. Ontzettend goed. Van harte aanbevolen.
Dit boek leert ons wat er allemaal aan eetbaars in onze tuinen – en in het wild – groeit, wat de voedingswaarde is en ook de heilzame stoffen. Je gaat heel anders naar de natuur kijken.
Marion de Kort c.s. vertaalde het in het Nederlands. En het is prachtig geworden. Die lof treft dus het hele team, want het betreft niet alleen vertalen, ook omzetten naar de Nederlandse en Belgische biotopen.
Je zou denken dat het een 1:1 kopie is, bijna op de bladzijde nauwkeurig. Maar er zijn wel verschillen, want bepaalde planten komen hier wel voor en niet in Duitsland – of andersom.
Titel | Eetbare Wilde Planten 200 Soorten herkennen en gebruiken |
Van | Steffen Guido Fleischhauer, Jürgen Guthmann, Roland Spiegelberger (vertaald door Marion de Kort en redactie en plantbeschrijvingen Laelia Oosterhuis, eindredactie Diete van der Woude ) |
Uitgever | Schildpad Boeken |
ISBN | 978 90 77463 25 3 |
Verschenen | juli 2014 |
Prijs | € 24,00 (in 2021 naar € 24,95 verhoogd) |
Verkrijgbaar bij | Alle boekhandels en indien u online wenst te winkelen, raden we onze eigen webwinkel aan. Wij vinden het zo’n goed boek, dat we het zelf verkopen. En dan helpt u ons een beetje. |
Goede indeling
Het indelen van encyclopedieën en opzoekboeken is een kunst apart. Dat is in dit boek goed geregeld.
Het boek zelf is ingedeeld op bladvorm en achterin is een complete index op Nederlandse en Latijnse namen. Voorbeeld: Scheerling, Water- en Waterscheerling komen bij de S resp. W voor. Net als Wikke, Vogel- bij de W en Vogelwikke bij de V. Gele Kornoelje bij de G en ook bij de K als Kornoelje, Gele. Heel goed. Dat betekent niet te veel zoeken. Weegbree, Grote en Grote Weegbree. Weegbree, Smalle en … hé, schreef ik hierboven ‘complete index’? Smalle Weegbree staat niet bij S. En dat is dan ook de enige omissie die ik heb gevonden.
Zelf had ik altijd een weerzin tegen determineren, zoals men dat in lijvige plantgidsen tegenkomt. Maar de indeling op vorm van het blad in dit boek is handig en het werkt: Toen ik het Nederlandstalige boek in mijn handen kreeg testte ik het meteen op de paardenbloem. Binnen enkele tellen had ik het gevonden. Binnen bladvorm doorbladeren levert snel herkenning door de over het algemeen duidelijke foto’s en tekeningen.
Vier secties
Het boek bevat vier secties. Twee met een groene kantlijn of marge. Daarin staan de 200 eetbare wilde planten en, achterin, tekst en uitleg over de inhoudsstoffen van de planten (zie verderop in deze beschrijving). Het lijkt wel of de duvel er mee speelt, maar na 200 eetbare planten begint op pagina 200 begint de rode sectie: ‘Attentie, verwisselingsgevaar’ luidt de kop en elf echt giftige planten worden beschreven. Deze sectie begint met referenties en verwijzingen naar o.a. gifwijzer, het Rode Kruis, Antigifcentrum. Kortom, ook hier degelijk en deugdelijk. Tot en met
Heb je de indruk dat het zeer ernstig of zelfs levensbedreigend kan zijn, bel dan 112 (NL en BE)
Daar kan je mee thuiskomen.
Oogsttijdentabel
De laatste sectie is de oogsttijdentabel. [Klik op de afbeelding voor een vergroting.]
U kunt de tabel op een aantal manieren benaderen: op plantnaam of doorbladeren en bij de maand kijken wat er zoal oogstbaar is. Door middel van een kleurenbalk wordt helder welk deel van de plant in aanmerking komt. Even gecheckt bij knopkruid en paardenbloem. Klopt. Hoewel men voor paardenbloem zegt dat het jonge blad vooral in aanmerking komt – dus het voorjaar – hebben wij in onze tuin al gezien dat er midden in de zomer ook een soort tweede groei is.
Rode lijst en giftig
De Rode Lijst van zeldzame planten wordt in de Nederlandstalige bewerking gerespecteerd. En ook experimenteren met giftig te boek staande planten wordt uit de weg gegaan – zo staat de taxus in de rode sectie met gevaarlijke planten. Ook al is van het besje het vruchtvlees – en dan ook alleen het rode vruchtvlees – niet giftig. De rest van de boom, incluis de pitten, zijn zeer giftig.
Zelf mijden we in het veld alles wat op kervel lijkt. Je zou maar per ongeluk gevlekte scheerling eten of hondspeterselie. Die staan in de rode sectie. Zeer giftig. Bij ons in de buurt groeit dolle kervel. Men heeft verteld dat dit een giftige plant is. En waarom zouden we risico lopen: Roomse kervel hebben we gezaaid en dat tiert weelderig in onze tuin. Dus de noodzaak is er niet om iets uit het wild te plukken. Dolle kervel staat echter niet in dit boek. Nader onderzoek leert dat deze plant licht giftig is. En tja, dan rest de vraag: hoe ver moet je gaan met een boek als dit, dat zich op de meest voorkomende 200 eetbare planten richt? Ik kan het begrijpen dat de minder smakelijke, licht giftige planten niet zijn opgenomen.
Voorbeeld: Daslook
Van 200 gangbare planten in Nederland en België is per plant is aangegeven of deze beschermd is , wat eetbaar is, wat de voedingswaarde is, wat de heilzame waarde (geneeskrachtige) waarde is en meer. Wat werkt er beter dan een voorbeeld? We nemen Daslook.[Klik op de afbeelding voor een vergroting.] Links boven Nederlandse naam, Latijnse naam en in symbolen wat er eetbaar aan is. Of de plant eenjarig of meerjarig is, de hoogte, de tijd van de hoofdbloei en de bloemkleur. En in dit geval: beschermd in het wild. (Dus niet in uw tuin.) Een goede foto, een tekening met toelichting om verwarring te voorkomen. En een heldere beschrijving van wat we waarvoor kunnen gebruiken. En we zien dat daslook behoorlijk wat vitamine C heeft (minder dan het niet beschermde en alom voorkomende knopkruid).
Planten herkennen wordt zo makkelijk. Hoewel er look-alikes van daslook zijn die u niet wilt eten.
En daar blinkt dit boek ook in uit. In een speciaal hoofdstuk met rode kantlijn worden elf gevaarlijke planten behandeld en waarmee ze mogelijk kunnen worden verward.
[Klik op de afbeelding voor een vergroting.] Als ze niet in bloei staan, is daslook te verwarren met het Lelietje-van-Dalen. Die wilt u niet eten. Het is niet ondenkbaar dat ze in stadsparken min of meer naast elkaar staan.
Ook in deze sectie zijn de planten in al hun kenmerken beschreven, met een heldere foto. Ook de gevlekte aronskelk en herfsttijloos staan in deze rode sectie – beide eveneens verwisselbaar met de daslook en geen pretje om per ongeluk te eten.
Belangrijke planteninhoudsstoffen
Iemand die zich een beetje in de voeding heeft verdiept, kent natuurlijk de begrippen calorieën, koolhydraten, eiwitten, (trans-)vetten, cholesterol, vitaminen en mineralen. De jaren zijn daar o.a. de omega’s bij gekomen, flavonoïden en antioxidanten. Het zijn de kaders van de (industriële) voedingswetenschap. Vaak zijn ze onderwerp van reclamecampagnes.
Maar er is meer tussen hemel en aarde. Waar niet of nauwelijks over wordt gecommuniceerd. In dit boek staat bij elke plant vermeld welke stoffen er in zitten. Veel herkennen we, maar er staat ook bijvoorbeeld: bitterstoffen, etherische oliën, looistoffen. Achter in het boek wordt uitgelegd wat deze stoffen inhouden en waar ze goed voor zijn. Of niet. [Klik op de afbeelding voor een vergroot voorbeeld.]
De verschillen
Altijd leuk om te weten waar de verschillen zitten tussen het Duitse en Nederlandstalige boek. Dit zijn ze:
Taxus/Venijnboom, Taxus baccata, weggehaald bij eetbare planten omdat de voedingswaarde van het vruchtvlees te klein is en het gevaar te groot, vervangen door grote zandkool (die kennen we in moes- en kruidentuinen als wilde rucola), Hainsalat, Aposeris foetida, (stinksla in het Nederlands) vervangen door zeeaster, Berg-Sauerampfer, Rumex arifolius, (bergzuring in het Nederlands) is vervangen door schapenzuring. Van dat laatste hebben we ook genoeg in onze tuin. En we eten het. (Kijk hier eens.)
Voorts is, als hiervoor al min of meer aangegeven, de Nederlandse Rode Lijst in het boek verwerkt.
Er is een nog beter boek
200 Eetbare Wilde Planten is een hanteerbaar boek. Op A5-formaat, redelijk makkelijk mee te nemen tijdens een wandeling.
Van dezelfde auteurs is er de Enzyklopädie Essbare Wildpflanzen dat maar liefst tweeduizend in midden-Europa voorkomende planten beschrijft.
Dit boek is door de FAZ (Frankfurter Allgemeine Zeitung) de hemel in geprezen. Lees dit. Schildpad Boeken heeft met het kleine broertje een statement afgegeven. We hebben begrepen dat de rechten van deze lijvige encyclopedie (700 bladzijden, 2,5 kg) ook zijn gekocht en dat aan de vertaling wordt gewerkt. Maar dat zal nog wel een paar jaar duren.
We lezen geen Duits
In Nederland zijn we o.i. tè angelsaksisch gericht, we zijn vergeten dat het eten van wilde planten bij onze oosterburen veel meer gebruikelijk is dan bij ons èn dat daar al heel veel goede boeken over zijn gepubliceerd. Maar het is in het Duits – en we lezen liever geen Duits meer. We halen vermeende goeroe’s uit de VS over die verhalen vertellen die vaak elders in Europa al gemeengoed zijn. Maar we kijken alleen naar het oosten (Duitsland) of het zuiden (Frankrijk) als het om vakanties gaat. Een uitgever vertelde mij dat ze geen Duitse vertaalde boeken voeren. Letterlijk: “Boekhandelaren kopen het niet in als de auteur een Duitse naam heeft. De consument laat het dan links liggen. Of het moet Heinrich Böll, Gunther Grass of Günter Walraff zijn.”
Dank Schildpad Boeken.
Marion de Kort
Zo zijn we trouwens ook met Marion de Kort in contact gekomen. Via een of andere sociale media-groep liet ik mijn misnoegen blijken en verwees naar 200 Essbare Wildpflanzen.
“Maar ja, we lezen geen Duitse boeken in dit land,” voegde ik er aan toe.Als je iets doet, doe het dan goed. En anders niet
En opeens was daar iemand met de naam Marion de Kort die reageerde. Zij kende het boek en gaf aan dat ze de handschoen al had opgepakt. Ze was aan de vertaling begonnen. Bijna een jaar later dan gepland is het verschenen. Op 23 november 2013 mailde ze mij: “Nederland heeft natuurlijk niets aan keurig netjes vertaalde biotopen uit Oostenrijk, Zwitserland en Duitsland. De mensen willen weten waar de plant in Nederland en België te vinden is. En dat blijkt meer tijd te vragen dan gepland.”
“Als je iets doet, doe het dan goed. En anders niet,” zei mijn vader altijd. En dat geldt ook voor de makers van dit boek. Het is goed.
Ik wil voor informatie doorgeven dat er bij dezelfde uitgeverij, nogal verwarrend, nog een boek ‘Eetbare Wilde Planten’ is uitgekomen dit jaar. Nu geschreven, niet vertaald, door Marion de Kort.
Ik heb zelf bij vergissing dit andere boek besteld en wil dus waarschuwen dat er twee boeken zijn met dezelfde naam, enkel een andere subtitel. De ene subtitel is ‘essentieel voor de ontgifting’, de subtitel van het door Norbert besproken boek is ‘200 soorten herkennen en gebruiken’.
Klopt. Een terechte waarschuwing. Ik heb dat zelf niet zo in de gaten gehad, omdat ik ze beide heb. Maar ik kan me de verwarring voorstellen. Ze horen eigenlijk wel bij elkaar. In het boek ‘essentieel voor de ontgifting’ gaat De Kort nader in op de werkzame stoffen die in ‘200 soorten herkennen en gebruiken’ worden genoemd bij elke plant.
Marion organiseert ook een zomervakantie-midweek met wilde planten wandelingen en maaltijden van 27-31 juli 2015
Zie site http://www.supervoedingvaneigenbodem.nl
Leuk! Maar helaas nu wel kort dag….