De Europese Commissie besloot het gebruik van glyfosaat voor de komende tien jaar toe te laten. Dat is lang – dat is 2033. Ze nam dit besluit omdat er in de ministerraad een impasse ontstond. Het besluit wordt aangevochten door PAN Europe.
Impasse
De Europese Commissie is het uitvoerend orgaan van de EU en voert het beleid uit, onder leiding van Ursula von der Leyen. De commissie bereidde het besluit inzake glyfosaat voor. Grote landen als Frankrijk, Duitsland en Italië onthielden zich van stemming, net als België, Bulgarije, Malta en Nederland. Oostenrijk, Kroatië en Luxemburg stemden tegen de goedkeuring. De Nederlandse minister Adema kreeg van de Tweede Kamer het advies om tegen te stemmen, maar hij leunde op het oordeel van het Ctgb en onthield zich uiteindelijk van stem. Enfin, er ontstond een impasse en dan neemt de Europese Commissie zelf haar voorgestelde besluit aan.
Zo gaat dat.
Geen kritieke zorgpunten
De Europese Commissie stoelt haar besluit op de rapportage van EFSA (Europese organisatie voor voedselveiligheid) die stelt “dat er geen kritieke zorgpunten voortkomen uit de herbeoordeling van glyfosaat. Glyfosaat wordt noch geclassificeerd als kankerverwekkend, mutageen, reprotoxisch of hormoonverstorend, noch zijn onaanvaardbare risico’s voor mensen geconstateerd, ook niet op neurotoxisch gebied. Er is door EFSA vastgesteld dat er veilig gebruik in Europa mogelijk is.” En ook het Ctgb zegt tegen de minister dat “op wetenschappelijke gronden positief kan oordelen over het voorstel van de Europese Commissie om de goedkeuring van glyfosaat te verlengen. Op basis van deze onafhankelijke wetenschappelijke adviezen kan geconcludeerd worden dat een hernieuwde goedkeuring van glyfosaat mogelijk is, omdat er uit de herbeoordeling geen onaanvaardbare risico’s voor mens, dier en milieu zijn geconstateerd.” (Citaten uit de brief van de minister [PDF] aan de Tweede Kamer.)
Curieus is dat de minister ESFA aanhaalt die stelt dat er geen schadelijke effecten op neurotoxisch gebied zijn geconstateerd (dus aantasting van o.a. zenuwstesel) en dat juist neurologen zeggen dat dit wel het geval is. Maar uhm…. niet alles wordt onderzocht of beoordeeld.
Nu is het met ‘wetenschappelijk bewezen’ niet de eerste keer dat later blijkt dat het anders is. Jaarlijks verdwijnen eerder veilig verklaarde E-nummers van de lijst, omdat alsnog ‘wetenschappelijk bewezen’ is dat het onveilig is. Voorts heeft de wetenschap, zoals in Nederland Wageningen U&R, nauwe banden met het bedrijfsleven.
Kennisgaten
In NRC Handelsblad van 20 december 2023 verschuilt Ctgb directeur Ingrid Becks zich achter de wet. Die zegt welke studies moeten worden ingeleverd en hoe die moeten worden beoordeeld. Punt. Toxicoloog Hempenius zegt: “Water is ook giftig als je er acht liter van inneemt. De dosering maakt het gif.” Uit het artikel in de krant blijkt dat er wel proefdierstudies worden gedaan, maar bijvoorbeeld niet naar afname van de cellen in de hersenen, iets dat neurologen wel constateren. “Daarvoor bestaat nu geen goed protocol.” Dus het telt niet mee. Dit worden kennisgaten genoemd en daarvan zijn er wel enkele.
“Water is ook giftig als je er acht liter van inneemt. De dosering maakt het gif.”
En zo kennen we nog wel een paar dooddoeners…..
Inmiddels is genoegzaam bekend dat er onder de fruittelers in de Betuwe opvallend veel Parkinsonpatiënten zijn. Dat blijkt in de praktijk, niet zozeer uit wetenschappelijk onderzoek. Bovendien, de gebruikte bestrijdingsmiddelen zijn immers goedgekeurd door het Ctgb.
Naar de rechter
Duidelijk is dat lang niet alle wetenschappers het oordeel van EFSA en Ctgb delen. Zij maken zich zorgen. PAN Europe zet grote vraagtekens bij de beoordeling door de EFSA, vooral omdat bedrijven zelf onderzoek moeten (laten) doen naar de (on)schadelijkheid van hun eigen middel. (“Wij van WC-Eend bevelen WC-Eend aan.”) Het blijkt dat juist veel externe (onafhankelijke) onderzoeken door EFSA ter zijde worden geschoven of niet geaccepteerd. En bedrijven leveren natuurlijk hen onwelgevallige rapportages niet in. Zo bleek eerder dit jaar dat Syngenta een studie naar glyfosaat en hersenschade twintig jaar in de la hield. PAN Europe heeft besloten de Europese Commissie voor het gerecht te dagen vanwege haar besluit.
Ze beticht de commissie van nauwe banden met de chemische industrie (zo worden er “geheime” bijeenkomsten georganiseerd, waarbij alleen industrie is uitgenodigd) en nogal flexibele richtlijnen voor het gebruik van bestrijdingsmiddelen.
Geen gele velden meer
In Nederland is glyfosaat sinds medio 2022 voor consumenten echt niet meer te verkrijgen. Eerder dit jaar nam de Tweede Kamer de motie van Laura Bromet (GroenLinks) en Tjeerd de Groot (D66) aan, waarbij per 2025 het doodspuiten van graslanden en velden met zogenaamde vanggewassen wordt verboden. Dus je kunt volgend jaar nog foto’s van gele velden maken en dan is het over. Voorts zegde de minister toe Wageningen Universiteit & Research te vragen voor welke teelt glyfosaat (voorlopig) onontbeerlijk is.
Biostimulanten
Zijn we moe geworden? Op 2 december 2023 vraagt Dick Veerman zich op Foodlog af waar de activisten voor groene gewasbeschermingsmiddelen zijn gebleven. Daar zijn er wel van, maar ook die moeten worden goedgekeurd door het Ctgb – en als niemand toelating aanvraagt, mag het niet worden gebruikt…..
Veerman signaleert ook een verandering: in plaats van ongewenste kruiden te bestrijden, kan je ook met natuurlijke middelen het gewenste gewas sterker maken. Dat soort middelen hebben een naam: biostimulanten en bijvoorbeeld Koppert Biological en Royal Brinkman ontwikkelen die. Let wel: deze stoffen worden ook soms tegelijk met gangbare gewasbeschermingsmiddelen (gifstoffen, dus) gebruikt omdat ze de werking daarvan versterken. Op zichzelf goed, want dan heb je minder gif nodig, maar we willen natuurlijk liever helemaal geen gif. Bovendien is de grens tussen biostimulanten en gifstoffen niet altijd helder. Of iets gif is, hangt immers van de dosering af (dat zegt ook Toxicoloog Hempenius van het Ctgb, zie hiervoor). En wat voor het ene organisme een fijne dosering is, kan voor een ander organisme dodelijk zijn. Als je bedenkt dat bij de biostimulanten onder andere allerlei hormoonachtige stoffen horen, dan kun je ook bedenken dat deze stoffen ook niet altijd probleemloos zullen zijn. Als iets te goed lijkt om waar te zijn, is het dat waarschijnlijk ook.
Er zijn al toegelaten stoffen in deze categorie, maar Veerman van Foodlog pleit voor experimentele toelating van meer van dit soort middelen, omdat “onze wetgever en daarom onze toelatingsautoriteiten geen nieuwerwetse biologische principes voor het vermijden van plagen toelaten. Wat daar vooral voor nodig is, is experimenteerruimte die de wetgever moet willen toestaan.” Graag wel met beleid experimenteren, zeggen wij.
Lees ook:
Propagandaoorlog rond glyfosaat