Bramen zijn soms lastig, maar ook lekker. Er bestaan vele verschillende soorten waarvan wij er nu een aantal in de tuin en in de webshop hebben.
Van de bosrand
Bramen zijn prachtig en heerlijk. En een van de lastigste planten in onze Eetbare Siertuin. Ze horen er thuis, natuurlijk, als fijne inheemse vruchtdragende plant van de bosrand. Maar we willen ze niet overal. En daar wringt de schoen nog wel eens, want als we ze niet heel goed in de gaten houden verschijnen er braamscheuten op plekken waar wij er niet op zitten te wachten.
Iets te lang laten staan en het worden lange, monsterlijk stekelige ranken met hardnekkige wortels.
We hebben het dan over de Gewone braam (Rubus fruticosus), overal in Europa inheems en een uitgesproken cultuurvolger. Hij houdt van rommelige hoekjes – bosranden – en vooral van veel stikstof. En laat in Nederland er stikstof in overvloed zijn!
Als wij in onze Eetbare Siertuin (voedselbos) niks zouden doen staat er over een paar jaar enkel braam, zevenblad, brandnetel en kweekgras. Dan zijn al die andere planten verdrongen en dood. Dat willen we niet. Dus moeten we wieden. (We zijn geen voedselnboswachters.)
Zo veel bramensoorten
Maar goed, de braam dus. Hij maakt deel uit van een grote rozenfamilie, waartoe het geslacht Rubus hoort. Er bestaan wereldwijd zo’n zeshonderd ‘Rubus‘ soorten (waaronder ook de framboos). Tussen de soorten treedt hybridisatie op (ze kunnen onderling kruisen), wat het er niet eenvoudiger op maakt. En inmiddels zijn er bovenop die zeshonderd ‘natuurlijke’ soorten nog zeer veel gekweekte variëteiten. Er bestaan doornloze bramen, bramen met juist heel veel nare stekels, bramen die struiken vormen, bramen die juist meer klimmen, bramen die kruipen, bramen die ‘s winters groen blijven, bramen die juist hun blad verliezen… Keuze genoeg.
Zalmbes?
In onze Eetbare Siertuin hebben we dus de Gewone braam (Rubus fruticosus). Met een lach en een traan. Recent hebben we ook een Amerikaanse braam aangeplant: de Prachtframboos (Rubus spectabilis ‘Olympic double’). Deze staat ook wel bekend als Salmonberry. Daar hoort een verhaal bij: Schijnbaar aten de oorspronkelijke bewoners van het noordwesten van wat nu de VS en Canada is deze bessen bij de zalm die ze overvloedig vingen in hun kraakhelder stromende rivieren.
In onze moestuin hebben we (uiteraard) frambozen, de gele variant (Rubus idaeus ‘Geel’). Die zich overigens bijna net zo irritant via ondergrondse scheuten uit proberen te breiden als hun neefjes de bramen. Op hetzelfde klimrek als de frambozen hebben we nu ook een Taybes geplant (Rubus fruticosus x idaeus ‘Tayberry’). Dat is dus een kruising tussen braam en framboos. Ze is ontwikkeld in Schotland en vernoemd naar de Schotse rivier de Tay. De vruchten zouden overvloedig, groot en zoet moeten zijn. We gaan het meemaken.
Aziatische bramen
En dan zijn er nog diverse Aziatische bramen. De meeste hebben geen Nederlandse namen, dat maakt het wat lastig. Om te beginnen de ‘braambes’ (Rubus tricolor ‘Betty Ashburner’) die wij in onze Eetbare Siertuin hebben staan. Het is een bodem bedekkende groenblijvende Aziatische braam. Die volgens informatie op het internet zou moeten bloeien en kleine vruchtjes opleveren. Daar hebben wij ‘m nog niet echt op betrapt.
Daarnaast hebben we sinds dit jaar nog drie andere (en heel verschillende) Aziatische bramen in ons assortiment: Rubus acuminatus (die we ‘Himalaya- braam’ hebben gedoopt), Rubus henyi bambusarum (die we ‘Smalbladige Chinese braam’ noemen) en Rubus setchuenensis (onze werktitel: ‘Chezuan-braam’). Maar om verwarring te voorkomen is de Latijnse naam altijd beter, dan weet je het echt zeker.
We piekeren nog waar we plek in de tuin kunnen maken voor een of meerdere van deze knapperds.
Al met al dus zo even acht Rubus soorten. Best bijzonder eigenlijk. Zes zijn er te koop, binnenkort zeven. Hieronder een overzicht.
Latijnse naam | Nederlandse naam | In de tuin? | In de webwinkel? | Beschrijving |
Rubus fruticosus | Gewone braam | Ja | Nee | ‘Onze’ braam. Struikvormend. |
Rubus idaeus ‘Geel’ | Framboos (Geel) | Ja | Ja | Gele framboos. Klimmer. |
Rubus spp ‘Tayberry’ | Taybes | Ja | Ja (klein of groot) | Schotse kruising tussen braam en framboos. Klimmer. |
Rubus spectabilis ‘Olympic double’ | Prachtframboos, Salmonberry | Ja | Ja | Amerikaanse braam met prachtige roze bloemen. Struikvormend. |
Rubus tricolor ‘Betty Ashburner’ | ‘Braambes’, ‘Kruipende’ sierbraam ‘Betty Ashburner’ | Ja | Binnenkort | Aziatische kruipende kleinbladige braam. Bloeit maar geeft nauwelijks vrucht. Goede bodembedekker, groenblijvend. |
Rubus acuminatus | ‘Himalaya’ braam | Nee | Ja | Groenblijvende smalbladige braam uit de oostelijke Himalaya waar hij boven 1000 m hoogte voorkomt. Struikvormend, nauwelijks stekels, schijnt niet te woekeren. |
Rubus henryi bambusarum | ‘Smalbladige Chinese’ braam | Nee | Ja | Snelgroeiende smalbladige klimmende braam uit China. Wintergroen. Heeft steun nodig om op te kunnen klimmen. |
Rubus setchuenensis | ‘Chezuan’ braam | Nee | Ja | Struikvormend, grootbladig, doornloos, met naar het schijnt lekkere vruchten. |
En voor wie nummer acht graag wil hebben – de gewone braam (Rubus fruticosus): Kom langs met stevige handschoenen, we lenen je een spade, en je mag er gratis eentje uitsteken.