Enerzijds komt biologische landbouw op, anderzijds verdedigt de meer traditionele sector zich door te stellen dat biologische landbouw de wereld niet kan voeden. Recent onderzoek maakt duidelijk dat biologische landbouw wel kan, maar we moeten wel iets veranderen aan ons gedrag.
Zes onderzoeksinstelligen
Een samenwerkingsverband van zes onderzoeksinstellingen (zie onderaan), waaronder de FAO, publiceerde onlangs een met Zwitserse precisie opgesteld rapport waaruit blijkt dat als we maar willen het ook kunnen. Alleen moet de knop om. De helft minder vlees, de helft minder weggooien. Het is niet het eerste, maar wel een onderzoeksrapport dat op een andere wijze toont dat we de wereld best wel met biologische landbouw kunnen voeden. Als we maar niet zo veel landbouwareaal besteden aan veevoer.
Dus we moeten minder vlees eten. En minder weggooien, uiteraard.
Swill, het gebruik van groentenresten en keukenafval, als voer voor dieren, bijvoorbeeld varkens, is (nog) verboden. Het werd in 2001 gezien als de oorzaak van mond-en-klauwzeer (MKZ). In 2004 werd het in de hele EU verboden. Wel raar, na duizenden jaren….
Maar het lijkt erop dat deze vorm van voedselverspilling wordt teruggedraaid.
Download hier het hele rapport waar het onderstaande filmpje over gaat.
Filmpje
Het dogma: 9 miljard mensen in 2050 voeden
Al jaren ventileert het grootbedrijf, al dan niet met Wageningen UR voorop, het dogma dat we in 2050 maar liefst 9 miljard mensen moeten voeden. Let op: We moeten ze voeden. Zeggen ze. De tactiek is: als je het maar vaak genoeg herhaalt, wordt het vanzelf (als) waar (aangenomen).
Nederland is nummer twee ter wereld als het op agrarische productie en export gaat en het wordt vandaag de dag pijnlijk duidelijk welke enorme milieuschade dat met zich heeft meegebracht. En niet alleen in Nederland. Doch het is al jaren genoegzaam bekend dat we voor 12 miljard mensen (misschien inmiddels meer) voedsel produceren. Het gaat om de beschikbaarheid van voedsel, niet de productie. En we gooien (dus) veel te veel weg of draaien het op veilingen door.
Het systeem deugt niet
Export door Westerse grootbedrijven creëert een selffulfilling prophecy. Bijvoorbeeld: Na de rampen op Haïti (aardbeving, orkaan) wordt het land voorzien van goedkope Amerikaanse gentech rijst. Lokale rijstboeren worden uit de markt geprijsd. Dus die trekken naar de stad. Dus ‘we moeten die mensen (goedkoop) voeden’ zegt de Westerse industrie.
Ander voorbeeld: Burkina Fasso was gekend om haar goede kwaliteit kippen. Het land exporteerde in Afrika. Maar de EU – en Nederland voorop – dumpt daar goedkoop kippenvlees. De lokale kippenboeren kunnen inpakken. Wij eten de kipfilets en met de rest moet ook wat gebeuren….
Nu zijn er geluiden die zeggen dat de Afrikaanse boeren efficienter moeten werken, maar daar gaat het niet om. Het systeem deugt niet.
97% van de boeren
Wat we niet snappen is dat 97% van de boerenbedrijven op de wereld een oppervlakte van twee hectare of minder beslaan. Zij werken min of meer biologisch. Zoals de Kichwa in de Amazone: het oerwoud is hun akker – een voedselbos. De kleine boeren produceren pakweg 50% van de wereldvoedselbehoefte op 20% van het totale agrarische areaal. Toch wordt er op plekken op de wereld hongergeleden. Het gaat om beschikbaarheid, niet om productie.
Andere cijfers: Wereldwijd wordt 75%
van alle landbouwgronden voor veehouderij gebruikt, hiervan is de helft weide en de andere helft voor veevoer. Rundvlees vraagt 28 x meer land, 10 x meer water en 6 x meer kunstmest dan voor kip of varkens nodig is. Rundvlees draagt maar liefst voor 14,5% bij aan de broeikasgassen.Prinzipienreiterei
Misschien moeten we het begrip biologische landbouw enigszins bijstellen. Want zo wordt er bijvoorbeeld gediscussieerd over het feit of landbouw überhaupt wel zonder kunstmest, pesticiden en herbiciden kan. Dit is wat ons betreft de keus tussen permacultuur of biologisch.
Want wat zijn bestrijdingsmiddelen?
Zo wordt melk gebruikt als bestrijdingsmiddel tegen meeldauw. Zo levert Ecostyle diverse ‘biologische’ bestrijdingsmiddelen. Pyrethrum is plantaardig en doodt allerlei insecten in seconden. En is in evenzovele seconden vergaan en geneutraliseerd.
De mens heeft altijd wel gebruik gemaakt van bestrijdingsmiddelen. De vraag is of dit natuurlijke stoffen moeten zijn of chemisch bereide, zoals glyfosaat of de reeks neonicotinoïden.
Kunstmest
En wat dan met kunstmest? Vroeger werd de potstal leeg geschraapt en op het land gebracht. Poep en stro werden ingeploegd. Of bleven gewoon liggen.
Uiteraard doen planten het beter met een gerichte dosis NPK, maar het zijn dan ook plofplanten die, zeker in een monocultuur, kwetsbaar zijn.
Maar er is niets mis mee om bepaalde typen mest op te brengen. Al tweehonderd jaar wordt guano vanuit Zuid-Amerika naar Europa gevoerd. En wij gebruiken mest van onze bonte bentheimer landvarkens in de tuin – zeer goede mest, omdat de voerconversie van die dieren laag is, dus poepen ze waardevol spul uit.
Feit is dat fosfaat (de P) de groei van planten behoorlijk stimuleert, feit is ook dat extern aangebrachte fosfaat het bodemleven – de mycorrhiza – schaadt en de grond verarmt. De plant is lui en slurpt meteen het toegediende, vrije fosfaat op. Daarmee negeert ze de bodemschimmels die traditioneel en heel getrouw fosfaten afgeven in ruil voor koolhydraten. De bodemschimmels verzwakken of verdwijnen. De grond wordt levenloos.
Maar er moet toch ook een verantwoorde tussenweg kunnen zijn? Op slechte grond help je de planten een beetje – of je kweekt ze elders voor en verplant -, maar zorg er dan ook voor dat de aarde wordt verrijkt met plantaardig materiaal zodat het bodemleven beter en sterker wordt.
Research Institute of Organic Agriculture (FiBL), Ackerstrasse 113, 5070 Frick, Switzerland
Institute of Environmental Decisions, Department of Environmental Systems Science, ETH Zürich, 8092 Zürich, Switzerland
Food and Agriculture Organization of the United Nations (FAO), Viale Terme di Caracalla, 00153 Rome, Italy
Institute of Social Ecology Vienna (SEC), Alpen-Adria University Klagenfurt-Vienna-Graz, Schottenfeldgasse 29, 1070 Wien, Austria
Institute of Biological and Environmental Sciences, University of Aberdeen, 23 St Machar Drive, AB24 3UU Aberdeen, UK
bovicare GmbH, Hermannswerder Haus 14, 14473 Potsdam, Germany.
En toen ontdekten we ook nog dit, ook over het dogma van 9 miljard mensen in 2050: klik hier
Ik denk dat de oplossing zit in kleiner en onafhankelijker worden. Kleine boerderijen en csa, ed. Wat elders min of meer al de wereld voedt 😉 In een boek over zelfvoorzienend zijn las ik dat een kleine boer met koeien meer voedingswaarde produceert dan een zonder dieren. (ik denk vanwege gras wat meer zonlicht kan vangen en mest met stro is ook beter dan een gierput.
Ik ben bang dat veganisme ed de volgende ondervoedingsslag wordt, na suiker, bloem en plantaardige oliën en de supermarkt, met alle (welvaarts) ziektes van dien. Ik denk ook dat mensen wel of niet vega meer gaan letten op gezondheid en waar komt m’n eten vandaan, dus denk dat kleinschalig en lokaal wel vd grond kunnen gaan komen, althans hoop ik.
Ik denk persoonlijk niet dat hier eten besparen bijdraagt aan voeden van hongerige, helaas, alhoewel voor milieu wel goed, geen reden om niet te doen. Als de nood hoog wordt, wordt men hopelijk wel creatief in benutten van ruimte, zoals in eigen siertuin kippen hoeden of groente verbouwen.
Meer/beter onderwijs overal zou wel kunnen helpen denk ik.
Je aanklacht tegen het huidige onhoudbare systeem klopt, je stelling over bio niet. Maar dat weet je wel vermoed ik. Zonder Haber-Bosch maximaal 2,5 miljard mensen. In Nederland ‘jat’ bio mest uit gangbaar om te komen tot productie. Landbouw is roofbouw. Vroeger en nu. Zolang je oogst moet je aanvullen en dat lukt niet met alleen mest.
Dus: we moeten toe naar een beter en minder lek systeem en bio heeft een aantal goede systeembenaderingen geïntroduceerd. Maar het is niet en zal nooit worden de oplossing voor de problemen. In die erkenning ligt de crux. Leren en verder zoeken.