Verhit de oven op 200o C. Vet een taartvorm van ca. 20 cm diameter in en bestuif deze met wat bloem.
Mix in een grote kom de boter met de basterdsuiker tot het crèmig is. Voeg het grootste deel van de citroenrasp toe. Mix goed. Voeg de eieren stuk voor stuk toe. Mix tussendoor goed.
Zeef het zelfrijzend bakmeel/de bloem en de bakpoeder. Vouw dit door het botermengsel. Gebruik hiervoor een spatel. Voeg de amandelsnippers toe en ¾ van de citroensap. Meng goed en met beleid. Schep het over in de bakvorm en bak gedurende een uur en een kwartier of tot de taart gaar is – steek er een naald of spies in en als deze er droog weer uit komt, is de taart klaar.
Laat de taart tien minuten afkoelen. Meng ondertussen de rest van het citroensap, de rest van de rasp en genoeg poedersuiker tot een stroperig geheel. Bedruip de taart hiermee.
Laat nog een half uur afkoelen en haal de taart uit de vorm.
5 augustus 2008
Lekker. De taart is niet zo hoog gerezen als verwacht. Maar in het oorspronkelijke recept was de oventemperatuur vaag aangegeven en door mij (dus) verkeerd geïnterpreteerd.