Zeven nuttige insecten voor de tuin

Die komen in vele soorten voor, maar deze, op de foto, lijken op wespen omdat ze geel-zwart zijn gekleurd. U kent ze wel. Ze steken niet. Als ze zin hebben, vliegen ze in een klap 40 km/uur om vervolgens weer stil te hangen.
Volwassen dieren voeden zich met nectar en pollen. Hun larven zijn ware rovers. Ze houden van (groene) bladluizen. Kortom: het zijn welkome bestuivers èn ze decimeren het luizenbestand.
Dille, malva (kaasjeskruis), goudsbloemen, potentilla en duizendblad zijn enkele planten die zweefvliegen aantrekken.

Er is meer dan ‘de wesp’. Er zijn honderdduizenden vliesvleugeligen en een groot deel van hen noemen zijn parasitair. Dat wil zeggen, ze leggen hun eitjes in andere dieren, zoals bijvoorbeeld rupsen. Die noemen we sluipwespen. We hebben het dan over pakweg 22.000 soorten en rassen.
Ze zien er soms akelig uit, langgerekt lijf, angelachtig iets dat er uit steekt. Maar o, ze zijn zo behulpzaam in de tuin.
Ze eten hun gastheer van binnen uit op. Ze doden op zie wijze rupsen, mieren, luizen en nog veel meer.
Planten die sluipwespen aantrekken zijn: dille, malva (kaasjeskruid), goudsbloemen, duizendblad, cosmos, lobelia

Het lijkt tegenstrijdig, want vlinders leggen eitjes die rupsen worden die planten en fruit (aan-)vreten. Maar toch, de volwassen dieren zijn een lust voor het ook en goede bestuivers. Daarnaast maken ze onderdeel uit van de voedselketen in de tuin: vogels, zoals pimpelmezen, eten op hun beurt weer veel rupsen.
Planten die vlinders en motten aantrekken zijn bijvoorbeeld: de vlinderstruik – hoe verrassend -, lavendel, kamperfoelie, teunisbloem, damastbloem, marjoraan (echte marjolein, oregano).

Misschien kent u ze wel. Die kleine vliegen met vleugels als netjes. Dun en fragiel. Het zijn netvleugeligen. Vooral de groene gaasvlieg is bekend.
Ze houden van bladluizen en allerlei insecteneieren. De larven hebben een speciale bek, die ook als een schaar kan functioneren. Eenmaal te pakken, gespiesd, wordt de prooi leeggezogen.
Planten die gaasvliegen trekken zijn: duizendblad, dille, engelwortel, koriander, cosmos, venkel en paardenbloem.

Ze moeten worden gekweekt en gekoesterd door de biologische tuinier. Het zijn namelijk ware rovers, die ook of met name van slakken houden. Ze eten hun prooi door er eerst op te braken en dan even te wachten tot de enzymen het maal meer vloeibaar hebben gemaakt. Loopkevers lopen, slechts enkele kunnen ook vliegen.
De meeste loopkevers zijn nachtdieren, dus ze zitten overdag in blad, stapels oud hout of onder grote stenen.

Net als de sluipwespen horen ze tot de vliesvleugeligen. Maar wellicht heeft u ze ook wel gezien. Bij-achtigen of is het een kleine hommel? Over die dieren hebben we het nu. Ze leven solitair. Er zijn er wereldwijd duizenden soorten van, in onze contreien zo’n tweehonderd. Zoals de zandbij, die in de grond zijn holletje heeft. Zij en andere solitaire bijen gedragen zich overigens gelijk aan de bij. En daarom zijn het uitstekende bestuivers.
Planten waar ze van houden zijn o.a. lavendel, fuchsia, heide, marjoraan, viburnum (sneeuwbal) en kattenkruid.