Het KOST evenement van maandag 21 september 2015 dat over de Nederlandse eetcultuur zou moeten gaan, maakte, uitgezonderd het afsluitende diner, de verwachtingen niet waar. Uiteindelijk had het veel weg van een aangeklede aftrap voor een marketingcampagne van de groententelers. Heldin van de Smaak 2015 Barbara Rodenburg uitte tegen het slot van de bijeenkomst haar kritiek. Want, over welke ‘Moeder Natuur’ hebben we het?
KOST komt voort uit twee, in eerste instantie onafhankelijk van elkaar en begin 2014 gestarte, initiatieven die beide LowFood heten. Ze zijn gericht op het ontwikkelen van een echte Nederlandse keuken en eetcultuur. Ergens in het traject van LowFood is er contact ontstaan met platform Van Moeder Natuur
die het initiatief blijkt te hebben overgenomen. Jammer voor LowFood. Maar dat kan na deze ervaring weer fris worden opgestart.Zuurpruim. Ik?
“Zo, ze hebben je er toch ingelaten?” lachte Peter Klosse toen ik hem bij het binnen gaan van de zaal passeerde. En Barbara Rodenburg had me al lachend begroet met “Hé, zuurpruim!”. Mrs. M waarschuwt mij bij het schrijven van dit stuk niet tè kritisch over te komen. Feit is dat ‘Voedselindustrie paait Slow Food‘ niet onopgemerkt is gebleven. Joris Lohman, lid van het Executive Committee van Slow Food International nodigde mij daarna uit om het evenement bij te wonen. Na ampele overwegingen besloot ik daar op in te gaan.
Publieksbijeenkomst
De samenstelling van het programma was niet bepaald gericht op de doelgroep zoals bij de aankondiging wordt vermeld (zie afbeelding hiernaast). Het telde vijf onderdelen en acht optredens. Die van Roodenburg, Klosse en misschien Martin Caraher waren de moeite waard.
En natuurlijk het afsluitende diner, dat zo goed was met zo veel mooie Nederlandse producten, dat het een schril contrast vormde met het congres.
Het KOST-congres kende over het algemeen onvoldoende diepgang en behaalde vaak het niveau van een publieksbijeenkomst, zoals met de opening door rapper Freddy Tratlehner en kort daarna Miljuschka Witzenhausen, die namens platform Van Moeder Natuur sprak.
De causerieën met Kobe Desramaults en Nadia Zerouali voegden weinig toe aan het streven ‘om de Nederlandse keuken beter op de kaart te zetten en gezonder te maken’.
Een filmpje waarin kinderen met de stem van een volwassene oproepen tot gezond eten, was misplaatst in deze setting. Misschien leuk voor een reclamespot op SBS6, maar niet hier. De bijdrage van Robert Kranenborg bestond uit het demonstreren van het bakken van een hertenbiefstuk.
Aardig, maar net zo weinig relevant, was de presentatie van tomatenteler Jos Looije. Hij die het kapitale honingtomaatje teelt, is een slimme ondernemer, die zich in eerste instantie oriënteerde op de Britse markt. Hij doet aan branding, zoals dat heet. De geselecteerde honingtomaatjes gaan voor een hoge prijs naar de groothandel, de uitval gaat een dag later als kersentomaten naar de supermarkt.
Erin geluisd
Maar wat mag je verwachten als er voor KOST een win-actie in Jamie Magazine staat? Op deze wijze trek je een voedselcultuur niet naar een hoger plan. De verwachtingen waren beduidend hoger, vooral omdat het voedselcongres MAD in Kopenhagen in het voortraject als voorbeeld werd genoemd voor KOST en in de pers werd gedweept met de New Nordic Cuisine en restaurant Noma in Kopenhagen (dat overigens sluit).
“We zijn er in geluisd,” zei een deskundige na afloop. Want achteraf bezien was het de opmaat van een campagne van de groentetelers om via kinderen de ouders meer groenten te laten kopen. Dat was kennelijk de bedoeling van de financier Van Moeder Aarde en dit besef wekte ergernis. Een ergernis die aan het einde van de dag leidde tot een confrontatie.
Twee hoogtepunten
Linda Roodenburg hield een leuke, korte heldere presentatie over de geschiedenis van onze eetcultuur. Zij deed dit in een virtueel museum, aan de hand van schilderijen. Boven de ingang hiervan prijken de woorden ‘Alles van waarde is bederfelijk‘. Zij concludeert:
[1] De Nederlandse eetcultuur doorspekt is met moralisme,
[2] Nederland is ontvankelijk voor andere eetculturen (veel meer dan Italianen en Fransen, om maar iets te noemen),
[3] Calvinisme is de dood in de pot voor de keuken.
En de enige die begreep waar het deze dag om zou moeten gaan, leek Peter Klosse. Aan de hand van een reclamespot voor romige saus van Knorr (Unilever) liet hij zien hoe verworden onze eetcultuur is.
Bij de ingrediënten van deze saus staat geen spatje room en veel vaag omschreven spul (lees Slik je dat?). En, let op, per portie 3 gram zout – dat is bijna wat de WHO als dagelijks gezonde maximum aangeeft, aldus Klosse.
Een paar quotes uit zijn presentatie:
We hebben veertig jaar een [voedsel-]systeem gecreëerd waar we nu last van hebben. Ander onderzoek is nodig.
We moeten ons realiseren dat we bij het systeem dat we hebben opgebouwd vergeten zijn een paar zaken te benoemen. Zoals biodiversiteit en landschap. Maar het verlies is nog veel meer. De belangrijkste waarden zitten in smaak en gezondheid. Aldus Klosse.
Gouden vierkant
Unilever verdient niets aan dode consumenten, aldus KlosseKlosse benoemt dat we misschien op geld denken te besparen als we van goedkope pakjes, potjes en zakjes gebruik maken, maar dat de samenstelling van deze industrieproducten – zout, suiker, additieven en hulpstoffen – op de wat langere termijn de kosten voor de gezondheidszorg doen stijgen.
Wat men de Gouden Driehoek noemt, de samenwerking tussen overheid, bedrijven en kennisinstellingen, moet een Gouden Vierkant worden, aldus Klosse. Want waar is de consument?
Vandaag de dag is het zo dat ontdekkingen door kennisinstellingen door bedrijven snel vertaald worden naar commercieel succes met zogenaamde gezondheidsclaims.
Maar is dat beter voor ons? En wie zegt dat?
Barbara Rodenburg legt de vinger op de zere plek
Of het vooropgezet was, is vooralsnog onduidelijk. Maar het had er alle tekenen van. Na de voordracht van Martin Caraher – die opriep tot het komen met ideeën om het systeem te veranderen en niet met vragen – introduceerde Samuel Levie wederom Miljuschka Witzenhausen namens platform Van Moeder Natuur.
“Wie ook een goed idee heeft, is Miljuschka!” riep hij. En daar kwam ze het podium op.
“We gaan eten weer fucking cool maken!”Miljuschka vertelde dat ze eerst 50.000 kinderen wilde laten koken met verse groenten, maar dat Samuel 10.000 kinderen al erg veel vond en dat was dus voldoende.
Ze riep de zaal op te helpen en met ideeën te komen.
Ik vond het gênant om te zien hoe een groot deel van de zaal reageerde. Ze lieten zich verleiden. Kennelijk was men vergeten dat het erom ging de Nederlandse keuken beter op de kaart te zetten. Snelle Vegetariër biedt de recepten aan. Een man uit Limburg had een oude melkfabriek gekocht en bood dat aan als kookruimte voor kinderen uit groep 8, De Lindenhoff nodigde kinderen uit om op de boerderij te komen kijken.
“Kinderen moeten zien hoe een biet groeit!” riep Miljuschka. “We gaan eten weer fucking cool maken!”
Opmerkingen van Michiel Bussink en Ellen Mookhoek die ook de microfoon kregen en zeiden dat dit echt niet de eetcultuur veranderde, maar wetten wel, werden gegeneerd. Daar ging het niet om. Zij hadden jammer genoeg nog niet door dat dit niet in het plan van de dag paste.
Miljuschka huppelde over het podium en riep telkens: “Wie heeft er nog een idee?”
“Dit is kut,” bromde een dame op de rij lager links voor mij.
“Hebben we het net eindelijk met Klosse en Caraher gehad over het systeem dat moet veranderen, en nu gaan we kinderen leren koken,” mompelde een ander.
Over welke Moeder Natuur hebben we het eigenlijk?En toen stond Barbara Rodenburg op. Op de hoog gelegen laatste rij. Ze kon niet worden gegeneerd, omdat zij en haar Jan kort tevoren tot nationale Held van de Smaak 2015 waren uitgeroepen. Ze uitte haar ergernis over deze dag:
“Over welke Moeder Natuur hebben we het eigenlijk?”
“Hoe staat het met de sloten die vergiftigd worden? Hoe staat het met het levend landschap dat lijdt onder intensieve veehouderij? Hoe is het met de biodiversiteit?”
“Het gaat niet alleen over broccoli!”
“Wat er nu gebeurt heeft niets met het veranderen van een systeem te maken. We moeten ons niet focussen op dit groentenverhaal!”
“Maar we kunnen de wereld niet biologisch voeden!” riep Miljuschka vanaf het lager gelegen podium omhoog.
“Oh, jawel!” klonk het afkeurend uit verschillende hoeken van de zaal.
Hiermee was de diskwalificatie van deze ambassadrice een feit. Gewogen en te licht bevonden.
Samuel Levie bedankte Barbara voor haar goede opmerkingen.
“Maar waarom hebben we het vandaag niet daarover, maar wel over Van Moeder Natuur?” vroeg Barbara nog.
“We hebben bij het samenstellen van het programma keuzen moeten maken,” luidde zijn verrassende antwoord. Om vervolgens weer het publiek te vragen: “Wie heeft er nog meer ideeën om kinderen te laten koken?”
Toen er nog maar weinig reacties kwamen riep hij op deze te mailen naar het Platform Van Moeder Natuur.
Einde. Dat was het KOST congres.
Gemiste kans, nieuwe kansen
Alle begin is moeilijk en niemand is zonder fouten. Hoewel het voor financier platform Van Moeder Natuur overduidelijk belangrijk was ‘Nederland gezonder te laten eten’ – het is geen altruïstische club, dus lees: via kinderen de omzet van haar leden te verhogen – kwam ook de eetcultuur een beetje aan de orde. Als we deze window dressing van het bedrijfsleven even vergeten en ons dàt voor ogen houden, dan is KOST het eerste evenement over de Nederlandse keuken. En dat schept mogelijkheden.
Een vervolg zou meer moeten gaan over voedselsystemen, over lokale voedselnetwerken van producenten naar chefs, welke invloed chefs hebben op hun gasten
, over de betrokkenheid van inwoners met hun regio, van producenten naar de stad, de industrie die ons vervreemdt van de werkelijkheid, over biologisch versus niet-biologisch en niet in de laatste plaats over de rol van de supermarkten. Of wat dacht u van de rol La Place?We hebben in Nederland al lichtende voorbeelden van trendsettende restaurants die koken met wat de regio biedt, die voedselverspilling beperken en ook incourante delen serveren, die uit het wild geplukte groenten en kruiden gebruiken.
Kennisbasis ontwikkelen
Als je de Nederlandse eetcultuur wilt verbeteren en een echte Nederlandse keuken ontwikkelen, volstaat een eendaags evenement niet, maar moet worden nagedacht over het ontwikkelen van een kennisbasis waar uit kan worden geput. Ook, of met name, voor opleidingen van koks en nieuwe chefs.
KOST was op maandag, de dag dat veel restaurants gesloten zijn en er meer gelegenheid is voor chefs en producenten om van gedachten te wisselen. Nu waren er weinig chefs, producenten, wetenschappers en beleidsmakers aanwezig
. Engelstalige sprekers klinken misschien interessant, maar we hebben minstens net zulke goede in eigen land. Want wat je ver ver haalt is niet altijd lekker. Je kunt een mening hebben over de rol van Wageningen UR maar als het over voeding en eetcultuur gaat horen ze o.i. aanwezig te zijn. Niet, noch als spreker, noch in het publiek. En ook niemand van het Louis Bolk instituut.Nawoord
Tijdens de na-borrel sprak ik met Slow Food bestuursleden Cozzi en Van Elsdingen. Niet met zo veel woorden gezegd, vermoed ik dat ze mijn punt snapten. Slow Food Nederland staat op het standpunt dat het niet haar evenement was. Doch belangrijke coryfeeën als Joris Lohman en Samuel Levie hebben zich, met hun Slow Food-statuur, aan dit evenement verbonden. Dat legt onherroepelijk een verband. Praten met de voedselindustrie kan gerust, maar samenwerking op deze manier doet afbreuk aan de uitgangspunten en identiteit van Slow Food, dat immers staat voor lekker, puur, eerlijk en ambachtelijk eten. Is LowFood verloren?
“Misschien moet Slow Food het de volgende keer zelf organiseren,” liet Cozzi een gedachte de vrije loop. En dan niet in Amsterdam zouden we er aan toe willen voegen.
Uitstekend KOST Diner
Groter kon het contrast met het congres haast niet zijn. Na afloop was er op een andere locatie in de stad een diner waar men, ook niet-congresgangers, zich apart voor kon inschrijven. Naar verluidt genoten 330 mensen van een uitstekend maal. Het was perfect toonbeeld van wat Nederland allemaal aan fraaie eigen producten telt. Zie de slider. Het kan dus wel, maar blijkbaar niet tijdens het gesponsorde congres.
Ik wil dit toch delen. Geen zuurpruim, maar een azijnpisser. Wat maakt het uit.
Wilbert van der Kamp reageerde nogal kort door de bocht en als door een wesp gestoken. Niet vreemd en ook wel sympathiek, want iets wat zijn vrienden hebben georganiseerd wordt tegen het licht gehouden.
Hij heeft kennelijk het artikel niet goed gelezen. De belofte van KOST was namelijk een serieuze bijeenkomst van beleidsmakers, chefs, producenten en wetenschappers. Die waren er weinig. Het doel van Van Moeder Natuur strookte daar niet mee. Of het evenement is verkeerd gepositioneerd.
Wel een beetje triest is dat Wilbert, die coördinator bij de YFM Academie is, Peter Klosse en Barbara Rodenburg afserveert. Klosse gaat met heel veel jongeren om die willen leren over smaak. Hij is lector Gastronomy in Foodservice aan de Hotel Management School Maastricht.
De YFM is de jongerenbeweging van Slow Food.
En Slow Food staat nog steeds voor lekker, puur en eerlijk voedsel.
Het heeft er veel van weg dat de nieuwe generatie de uitgangspunten van deze beweging iets minder serieus neemt. Wat, volgens mij, het einde van Slow Food inluidt.
http://eengarde.nl/post/129863123688/van-azijnpissen-en-dingen-die-hopelijk
Het einde van Slow Food is al geruime tijd geleden begonnen, beste Norbert. Onontkoombaar wanneer je het grote geld toelaat (onontkoombaar om mega manifestaties te financieren). Onontkoombaar wanneer er mensen aan het bewind komen die geld belangrijker vinden dan “puur en eerlijk”. Tijd voor een nieuwe beweging? Zal moeilijk worden in een tijdsgewricht waarin alles lijkt te worden geëconomiseerd. Groeten, Willem Franck
Nee hoor, zo moeilijk is dat niet, gewoon beginnen, gewoon doen. Zo is Slow Food plaatselijk ook steeds begonnen.
Beste Norbert, goede recensie, drukt het gevoel van veel aanwezigen uit, is mijn indruk. Beetje gemiste kans allemaal. Een aanvulling / observatie nog die ontbreekt in jouw stuk: als antwoord op een vraag van een vertegenwoordiger van het platform Van Moeder Natuur over gedragsverandering antwoordde Matin Caraher dat gedragsverandering de traditionele strategie is van de voedselindustrie om regelgeving en andere concrete systeemveranderingen te blokkeren. En precies dat is wat nu weer de inzet is: een snufje gedragsverandering en voor de rest blijft alles bij het oude.
Kijk voor de aardigheid ook even naar de uitzending van Zondag met Lubach van gisteren over #JOGG en zoek de parallellen. https://www.youtube.com/watch?v=MTvAwKaQN9o&feature=youtu.be
“That is a typical industry response!”
Helemaal niet vergeten. Was Caraher’s reactie op een opmerking van iemand van FrieslandCampina. Ook dat viel mij op, omdat die ook in Van Moeder Natuur deelnemen. Ik was het zeker niet vergeten, maar ik moest keuzes maken voor wat ik wel en niet opnam in mijn verhaal. (Hé, klink als Samuel Levie in antwoord op Barbara Rodenburg 😉 )