Schil de appels, ontdoe ze van klokhuis en snijd ze in dobbelsteentjes. (Een appelschiller is ideaal – zie bij Gevulde appel uit de oven.) Stoof ze met de rozijnen, de 85 gr suiker, water, kaneel, het binnenste van het vanillestokje en stukjes abrikoos. Een kwartiertje of wat. Het moet absoluut geen moes worden, maar een beetje gegaard.
Kneed de boter, bloem en 50 gr suiker en maakt er met de vingers een droog brokkelig deeg van. Dat duurt eventjes.
Verwarm de oven op 180o C.
Schep de vruchtenmassa met een schuimspaan uit de pan, dus geen vocht meenemen, en doe het over in een brede, lage, bakvorm. (Een diepe, kleine braadslee voldoet ook.) Verdeel en druk aan. Verdeel nu het deeg erover en druk plat aan. Zet een half uur in de oven, of beter: tot de bovenkant aantrekkelijk bruin is.
Schep gelijke stukken uit de bakvorm en leg die met een bol ijs of klodder slagroom op de gebaks-/dessertbordjes.
13 januari 2010
Een zoet dessert voor Rob en in totaal dertien eters. En twee kisten appelen in de kelder….. appel crumble!
