Petit gris de Rennes is zo'n beetje de enige meloen die in de Lage Landen met redelijke kans van slagen buiten kan worden geteeld.
Dat weet ik al jaren, toch heb ik het nooit gezaaid. Tot dit jaar.
Daar ligt ie. De enige meloen. Nog half verscholen onder blad van Eeuwig Moes.
Dit voorjaar zaaide ik wat zaadjes en kweekte de plantjes op in pot, gelijk pompoenen. En na de IJsheiligen plantte ik ze buiten uit.
"Dit wordt een hele mooie zomer," riep ik tegen iedereen die het maar horen wilde. Het voorjaar was al prachtig en na een paar waardeloze zomers zou het wel weer tijd worden voor het lied van Gerard Cox.
En dit is wat er van over bleef: één meloen, van het formaat opgefokte tennisbal. Aangevreten, maar heerlijk geurend. Varkensvoer.