Dit was Groenmoes Markt 2020

Groenmoesmarkt 2020 stond ontegenzeggelijk in het teken van corona-virus. In tegenstelling tot andere jaren waagden veel mensen niet de reis naar het Brabantse Boekel. Het was een rustige markt, met meer tijd dan anders om met elkaar van gedachten te wisselen. Dat is ook fijn.

Als andere jaren hadden we, MergenMetz, weer een stand op deze unieke markt voor moestuiniers en voedselboswachters. Door politiek en media leek het wel alsof Brabant in zijn geheel tot besmet gebied was verklaard. Helaas had een tiental standhouders het vermoedelijk om die reden ook laten afweten. Gelukkig werden de meeste kale plekken door medewerkers van Tuinmarkthallen Boekel goed gemaskeerd door met standmeubilair te schuiven. Zakelijk kan het misschien verstandig zijn om “dus” dan zelf ook maar niet te komen, maar een markt maak je met zijn allen. Waar het zaterdag soms ronduit stilletjes was, was het zondag gelukkig wat drukker en (dus) gezelliger.

In de ochtenduren van de zaterdag troffen we Hans van Eekelen en zijn echtgenote. Mr Groenmoes, voorgaande jaren herkenbaar aan het Groenmoes-T-shirt, had dit jaar de organisatie helemaal losgelaten en kwam nu in burger. Het moet toch wel vervreemdend overkomen, zo’n mooie markt te bezoeken die je zelf, acht jaar geleden, van de grond hebt getrokken. En dan blijkt dat de nieuwe standhouders niet weten wie je bent. Zo gaat dat. Maar het moet ook voldoening geven om te zien wat je voor de samenleving hebt bereikt.

Feestje

Voor ons was het in elk geval weer een feestje van herkenning en kennismaking. Het is razend leuk om jullie te mogen ontmoeten. Sommigen kennen we van voorgaande jaren of zijn al bij ons geweest. Met anderen maakten we in real life kennis, zoals dat in Internettaal heet: “We lezen altijd jullie nieuwsbrief, nu is het leuk om ook de gezichten erachter te zien.”
Daar doen we het voor!

Groenmoes Markt telt zo’n tachtig kramen. Zaden, planten, kassen, tuingereedschap, kweekbenodigdheden en aanverwante zaken. We kunnen niet alles beschrijven, maar wel een paar leuke c.q. opmerkelijke stands eruit lichten.

Mobipers

Dit bedrijf uit Zoelen perst alles. Nou ja, qua fruit en noten welteverstaan. Voorheen hadden ze een mobiele pers – vandaar de naam – maar nu moet de tuinier of boer met zijn oogst naar hen komen.
Mobipers is een gerenommeerd bedrijf dat weet wat ze doet. Zelf prijzen we ons gelukkig met het feit dat we regelmatig flessen hazelnoot- of walnootolie krijgen van onze vrienden, want onze notenoogst is te klein. Maar ook voor appelsap en wat dan ook vindt men de weg naar Zoelen.

Een paar jaar geleden besloten Rudolf Jan en Melissa om ook walnoten- en appelrapers aan te bieden. Want de mens moet wel eerst het fruit en noten van de grond rapen alvorens het te kunnen persen. En van het een kwam het ander. Rudolf Jan vertelt gepassioneerd over de kleine apparaten die ze nu ook (willen) verkopen. Zoals een hydraulische pers voor de thuispersers (kost 1.116 euro excl BTW).

“Deze kleine heeft een druk van 25 ton. Wij zelf persen met een druk van vierhonderd ton,” zegt Rudolf Jan. Ernaast staat een mechanische notenkraker (650 euro excl BTW). En een walnotenwasmachine.
“Je moet eens weten hoe vuil walnoten wel niet zijn,” zegt hij. De werking is eenvoudig. Een draaiende kooi die met een boormachien wordt aangedreven. Een tuinslang die je eraan koppelt en de kooi met noten draait door het water. Vuil water loopt weg.
We zien er een grote toekomst voor in de voedselboswereld – iedereen wil immers notenbomen planten.

De Bijenkans

Guido achter zijn fraaie assortiment

Terwijl de wereldwijde teneur een dramatische achteruitgang van het aantal insecten is, gaat Guido van Rijkom de strijd aan. Hij kweekt planten die goed zijn voor insecten. De kraam is een fraaie exposé van bijen-, vlinder, zeg maar, insectenvriendelijke planten. Hij teelt ze in de volle grond, dus niet of weinig op pot. Iedere groene tuinder zou toch wel een flink portie van dit soort planten in haar of zijn tuin moeten hebben staan. Ze hadden hun vakantie al geboekt, anders waren ze dit jaar bij ons geweest op ons Sint Jan. Volgend jaar, spreken we met Guido af.

Van der Plancke

Deze onvolprezen zaadhandelaar presenteert een indrukwekkende muur met zakjes zaden. Wij van MergenMetz bieden zaden aan uit eigen oogst. Maar meest bijzondere, zeldzame rassen groenten. Maar bij Van der Plancke kan iedereen wel wat naar zijn gading vinden. Het is de passie van Robbert van Til. Dat is duidelijk te merken.

Den Oude Kastanjehoeve

Deze Vlaamse ecohoeve is aanwezig met een prachtig assortiment eetbare gewassen. Hier gaat een wereld open op een paar vierkante meter.  Vaste planten tot en met heesters. We worden er blij van. Zelf hebben we er myoga gember en wilde duindoorn ingekocht. Veel van de planten die zij hebben kennen we; we hebben ze in onze Eetbare Siertuin.

Voedselbossen

De presentatie van Marian

Tegenover onze stand staan voedselboswachters met een banier van Voedselbossen Zuidoost-Nederland. De bezetting wisselt. ‘s Zaterdags staat Marian Langens er; zij presenteert zich onder de naam Schrikkelbos. Zij is vijf jaar geleden ook besmet geraakt met dit virus en tovert nu aan huis zo’n zesduizend vierkante meter om in een uh….. voedselbos.
Ze kent MergenMetz en onze Eetbare Siertuin.
“Ja,” zegt ze, “de naam hè. Voedselbos klinkt zo extreem. Misschien had ik het ook Eetbare Siertuin moeten noemen.” We hebben het erover dat een voedselbos ook onderhoud nodig heeft als je tenminste de kruidlaag – de mooie eetbare vaste planten – niet wilt laten overwoekeren door brandnetels, kweekgras of bramen. Ze vertelt over een eigenaar van voedselbos in wording – uit piëteit vermelden we de naam niet – die wanhopig wordt van de strijd tegen de bramenstruiken. De braam is weliswaar ook eetbaar, maar een voedselbos moet ook leuk zijn en variëteit bieden.
De Provincie Brabant heeft ingezet op voedselbossen. Ook Limburg subsidieert, zien we. De banier van Voedselbossen Zuidoost-Nederland kent veel logo’s van partners. Zelf geeft Marian tijdens de Groenmoesmarkt deze zaterdag enkele voordrachten over voedselbossen.

Voedselbosontwerpers
Het ontwerpen van voedselbossen dan wel -tuinen vereist grote specifieke kennis. Uiteraard plantkennis en hun eigenschappen, maar niet alleen van eetbare, ook van nutsplanten zoals stikstofbinders en insectenlokkers. Kennis van grond, habitat, plantgemeenschappen en esthetische aspecten is eveneens essentieel. Het is dus veel meer dan even inkopen bij Arborealis of Lowgardens en dan de planten in de grond duwen en klaar.
We spreken de laatste jaren veel mensen die zich, gedreven door de groeiende aandacht voor voedselbossen, presenteren als ontwerper.
Zo stond er op zondag een vriendelijke jongeman bij dezelfde stand. Hij vertelde ook voedselbossen te ontwerpen. Als ons gesprek in de richting van de kennis gaat, zegt hij: “Ik ben nog lang niet uitgeleerd.'” Dat getuigt ook van zelfkennis, dat siert hem en is een pluspunt.
Onze Eetbare Siertuin is een van de oudste voedselbossen in Nederland. Correctie: Voedselbosrand, want in een bos is het vaak saai. Onze nestrix is Anthonetta van Bergenhenegouwen die het beplantingsschema voor ons maakte, jarenlang actief hielp en nu de rol van supervisor heeft en daarnaast veel andere tuinontwepen maakt. Ook van “gewone” siertuinen.

Boefkik is eetlust

Dit is de naam van een bedrijf dat alles rond voedsel doet van het ontwikkelen van concepten tot en met de marketing. Ze staan op deze markt met een kleurrijk assortiment zoetzure producten. “Alles moet wel in Brabant zijn geteeld,” zegt de man.

Maretak

De eerste maretak die we in werkelijkheid en in volle bewustzijn hadden gezien, was in de Zandse Notengaard. Maar hier staat de Maretakkenkwekerij Michiel & Suzanne Nouwens! Maretak is een parasiet die zich verspreid dankzij de kleverige bessen. Er zijn twee methoden om aan deze plant te komen: je koopt een boom met maretak bij deze kwekerij of je jat ergens de bessen en smeert die op de stam van je eigen appelboom (of andere bomen). Zoals de vogels het doen. En dan hopen dat het ontkiemt en zich in de boom vastzet.
MergenMetz staat nu voor pakweg de zesde keer op Groenmoesmarkt, maar, zo blijkt, deze maretakkwekerij ook.

Andrews Garden

Deze webshop voor exotische planten heeft haar assortiment uitgestald op de stenen vloer van de Tuinmarkthallen. Het is een werkelijk curieus en exotisch assortiment. Zeer uitgebreid en gevarieerd. Prachtig! ‘Het eetbare bos’ hebben ze op een plakkaat gedrukt. Bij vrijwel alle planten die er staan is een vorstgrens aangegeven. Veel zouden de –10 graden Celsius moeten kunnen verdragen. Onlangs hebben we van het bestaan van yuzu gehoord – een verrukkelijke citrus uit China/Japan. Hier staan kleine planten voor € 6,50 per stuk. Ze zouden -12 graden moeten kunnen verdragen. Mooi spul voor de jonge, ambitieuze voedselboswachters, want het duurt minstens tien jaar eer ze vrucht dragen (dat geldt overigens ook voor een notenboom). Het yuzu-fruit levert veel geld op. (Veel meer dan walnoten.)
“Ik zou twintig yuzu’s bij elkaar zetten, dan weet je dat er bestoven wordt en dat je voldoende vruchten krijgt,” zegt de man die Andrew heet. Intrigerende plant, maar we gaan deze niet in de Eetbare Siertuin zetten.

De Tuinen van Weldadigheid

Lambert Sijens heeft er lol in

De Tuinen van Weldadigheid presenteert nu vooral een enorm assortiment van pootaardappelen. Lambert Sijens laat zien hoe de waterstanden in Veenhuizen zijn. Hij toont foto’s van zijn knoflookakker.
“Ik teel de knoflook nu op ruggen,” zegt hij. Dat is duidelijk te zien. Het lijkt wel een luchtfoto van Broek op Waterland. Tussen de rillen liggen sloten water.
“Maar kijk! Een paar dagen later,” zegt hij. Deze foto laat zien dat het water volledig was weggezakt. Dat is toch wel het fijne van zandgrond.

En dan nog wat foto’s (rustige zaterdag)

Plaats een reactie