Plant in het zonnetje: Pawpaw

Voor velen onbekend, maar onder voedselboswachters een van de nieuwe helden. Dus besteden we deze keer extra aandacht aan de pawpaw (Asimina triloba). Ook wel bekend als roomappel, prairiebanaan, of Ozark banaan. Het is de grootste eetbare vrucht die van nature voorkomt in Noord-Amerika.

Pawpaw (Asimina triloba), blad en jonge vruchtfoto: Agniezca Kwiezen, Wikimedia Commons.

Wij hebben – uiteraard – een aantal pawpaw struikjes in onze Eetbare Siertuin. Ze groeien echter niet bijster goed en hebben sinds 2012/13 geen vrucht gedragen. Wel een enkele keer gebloeid. Reden temeer om eens in de achtergronden van deze plant te duiken en uit te zoeken of en waarom het anders gaat dan verwacht. En hoe we het de pawpaw naar de zin kunnen maken.

Geschiedenis en herkomst

Pawpaw is inheems in wat nu de oostelijke Verenigde Staten zijn, in een vrij groot gebied van noord tot zuid. Het kan zich dus blijkbaar aanpassen aan verschillende klimatologische omstandigheden, maar houdt niet van al te warme vochtigheid en ook niet van al te koude winters.
Botanisten denken dat pawpaw in het verre verleden in ecologische zin verbonden was aan de grote herbivoren die ooit algemeen waren in Midden- en Noord-Amerika, zoals prehistorische luiaards en mammoeten. Deze dieren aten de vruchten en poepten de zaden op een andere plek weer uit, waarmee ze de plant hielpen zich te verspreiden. Maar ook zonder zaden kan pawpaw zich verspreiden, via ondergrondse wortelstokken. Hij kan zelfs, in goede omstandigheden, behoorlijk woekeren.

Toen die grote planteneters uitstierven, werd de rol van zadenverspreider voor de pawpaw overgenomen door mensen, die de vrucht ook maar al te graag aten. Wetenschappers denken dat de meest noordelijke plaatsen waar pawpaw gevonden wordt, zoals in de staat New York, waarschijnlijk een soort plantages – voedselbossen! – waren van de inheemse bevolking. Daar zijn zaden van pawpaw bewust naartoe gebracht en de werden de bomen gecultiveerd. Er bestaan ook meerdere soorten Asimina die zich in verschillende klimaten thuis voelen, maar wij hebben het hier alleen over de Asimina triloba. Daar bestaan inmiddels ook vele verschillende cultivars van.

Naam

Je zou denken dat pawpaw de naam is die de inheemse Amerikanen de plant hebben gegeven. Niets is minder waar. Het zou de Spaanse ontdekkingsreiziger Hernando de Soto zijn geweest die de lokale bevolking de pawpaws zag eten. Dit nieuws ging de wereld over. Het Engelse pawpaw is afgeleid van papaja, omdat de vrucht enigermate overeenkomt. De Powhatan daarentegen noemden het assimina, wat dus als de Latijnse naam voor het geslacht is gekozen.

Smaak

Over smaak valt niet te twisten. Bij de pawpaw wel. Sommige mensen zeggen dat hij naar banaan smaakt. Anderen dat hij naar mango smaakt. Onze Norbert zegt slagroom. Ik heb ook ergens gelezen dat hij naar een mix van meloen, banaan, mango, ananas en bessen smaakt. Tja. Laten we het houden op ‘tropische vruchten met een romige textuur’. Dat maakt hem anders dan andere vruchten. Je eet hem als hij heel goed rijp en zacht is; de beste manier is om hem met een lepel uit de schil te scheppen (de schil is niet lekker). Alle andere technieken leiden tot veel prut en weinig succes. De soms grote en veel pitten (verschilt per variëteit) eet je niet op. De smaak van de vrucht kan anders zijn bij de verschillende variëteiten.

Geen grootschalige teelt

Pawpaw is een zachte, kwetsbare vrucht die rijp moet worden geplukt – ze rijpt namelijk niet of nauwelijks na. Dat is meteen de beste verklaring waarom pawpaw een zeldzaamheid gebleven is en zelden op enige schaal wordt geteeld. Het is bovendien niet lang bewaarbaar en kwetsbaar bij transport.
Pawpaw is dus vooral leuk voor eigen gebruik of voor directe verwerking. Met dat laatste schijnt te worden geëxperimenteerd, met name in de VS, waar pawpaw hernieuwd in de belangstelling staat omdat het een inheemse plant is die weinig last heeft van ziekten en plagen. In Ohio is pawpaw het meest populair.
Om het te verwerken wordt er bijvoorbeeld snel een bevroren pulp van gemaakt, die wel goed kan worden bewaard en geschikt is voor verdere verwerking. Bijvoorbeeld in bier (echt waar, kijk maar).

Eten, koken, bakken

Opengelegde vrucht met zaden – foto: Connie Barlow, Commons Wikipedia

Wat kan de voedselboswachter ermee doen? Natuurlijk in eerste instantie, als de smaak je aanstaat, vers en rijp eten. Anders verwerken in smoothies of maak pawpawijs. Maar je kan er ook zelf pulp van maken: Het verkleurt snel, dus als je de pulp even moet bewaren, roer er wat citroensap door en dek het luchtdicht af. Die pulp is bruikbaar in alle recepten waar je normaliter rijpe-bananen-prut voor zou gebruiken, zoals bananenbrood of pudding. Bij verhitting verliest pawpaw smaak.

De voedingswaarde is aanzienlijk, rijk aan vitamines en mineralen. Zo bevat het drie keer meer vitamine C dan een appel en twee keer meer dan een banaan. Er is onderzoek dat laat zien dat het gehalte aan mineralen in pawpaw ook erg hoog ligt, echter wij nemen aan dat de bodem waarin de plant groeit daarin ook een rol speelt.

De teelt en de plant

Bloeiende pawpaw, 2015 – eigen foto

Pawpaw is het enige lid van de zuurzakfamilie dat in gematigde klimaten groeit. Volgens de literatuur is pawpaw een grote heester of kleine boom, van 2 tot 10 meter hoog. Hij heeft een diepe penwortel en kan daarom lastig verplant worden; de penwortel beschadigt bij verplanten bijna altijd en daar kan pawpaw niet goed tegen. Als je een pawpaw koopt, ga er dus voor eentje die in pot gekweekt is. En let op: Je moet er altijd meer hebben, want zonder kruisbestuiving draagt hij geen vrucht.

Pawpaw is in principe in de volle grond goed winterhard in ons klimaat (tot -28 graden Celsius). Hij houdt van een niet te droge, maar ook niet te natte, goed drainerende bodem. Licht zure, losse grond met veel humus is zijn voorkeur: een bosbodem dus eigenlijk. Van origine groeit pawpaw onder en tussen de grotere bomen in een bos. Hij kan dus ook prima op een plek staan met wat halfschaduw.

Eigenlijk voldoet de plek waar onze pawpaw struikjes in de Eetbare Siertuin staan aan de eisen. Goed drainerende (zand)grond, bosbodem, licht zuur, halfschaduw. Hoogstens is het, door het nabij zijn van een grote berk, te droog; in ieder geval zijn er een aantal hele droge jaren geweest. Dit jaar was natter, misschien vond pawpaw dat prettiger.
Maar vermoedelijk is onze grond wat aan de arme kant.
Je doet iets in principe niet of uit principe niet. Het voedselbosprincipe is dat er niet wordt bemest c.q. uit externe bron voeding wordt aangebracht. Maar op onze arme zandgrond van de Eetbare Siertuin gaan wij de vruchtbomen en -struiken van wat meer voeding voorzien (mulch / compost), dus daar kan ook de pawpaw van profiteren. Maar misschien moeten we nog wat geduld hebben.
Goede kwaliteit gestekte pawpaw-boompjes kunnen al na enkele jaren vrucht dragen, maar bij zaailingen is het afwachten wat gebeurt en kan het langer duren. We gaan ze in elk geval niet verplaatsen. Misschien kopen we enkele bij.

Drie pawpaws in een hoek van onze Eetbare Siertuin – eigen foto

Waar te koop

Tenslotte: in Nederland is kwekerij AsiminaWhat’s in a name – gespecialiseerd in pawpaws. Dus mocht je deze bijzondere Amerikaanse boompjes in je tuin of voedselbos willen planten, koop het pootgoed dan bij de echte deskundige kweker.

6 gedachten over “Plant in het zonnetje: Pawpaw”

  1. Bij mij draagt de paw paw ieder jaar veel vruchten maar ik bestuif hem altijd handmatig omdat mij is verteld dat de bestuiving vaak moeizaam is omdat het moet gebeuren door aasvliegen.
    Er werd gezegd dat je er een stuk rauw vlees bij moet leggen en als dat gaat rotten komen de vliegen.
    Dat vond ik tamelijk onsmakelijk dus besloot ik om de bestuiving zelf ter hand te nemen.
    Tot nu toe bevalt dat uitstekend.
    Ik heb trouwens het ras Sunflower, daarvan is één exemplaar genoeg. Hij is n.l. zelfbestuivend.
    Misschien heeft u iets aan deze informatie.
    Vriendelijke groeten,
    Corrie Middelburg

    Beantwoorden
  2. Prima 1216 (het andere goed verkrijgbare zelfbestuivend ras, er zijn er wel nog meer) is superieur qua smaak aan de Sunflower. Sunflower is wel weer een uitstekende bestuiver voor andere cultivars. Ik vind de vrucht overigens best goed narijpen, zelfs zonder de nabijheid van appel of banaan.

    Beantwoorden

Plaats een reactie