Slakken ruiken voor ze eten

Waarom wordt de ene ras zaailingen subiet door slakken weggeschoren, terwijl die van andere planten blijven staan? Men dacht dat smaak bepalend was, maar nu blijkt dat de geur een rol speelt.


De Universiteit van Plymouth deed onderzoek en concludeert dat de geur van jonge plantjes de slakken aantrekt.  Het onderzoek was gericht op het eetgedrag van slakken in weiden, waarbij bleek dat sommige planten beter overleefden dan andere.
Ze voerden de tests uit met de huisjesslak segrijnslak (Cornu aspersum) en gebruikten zaailingen van veertien in Europa algemeen voorkomende weideplanten. Aldus professor Mick Hanley.

Huisjes slak op smalle weegbree – Commons Wikimedia: Peter van der Sluijs

VOS

Het eetgedrag, de aantrekkelijkheid van de planten, werd vergeleken met de stoffen in de planten, zoals VOS – Vluchtige Organische Stoffen (denk aan pineen in naaldbomen) – en secundaire (verdedigings-)metabolieten – stoffen die de plant aanmaakt ter verdediging. (Primair metabolisme zorgt voor de groei van de plant. Normaliter zijn primair en secundair in balans, maar als een plant het te kwaad heeft, zich moet verdedigen om te overleven, daalt primair en stijgt secundair. De plant groeit dan minder.) Iets meer lezen over metabolieten? Klik hier [pdf]

In december publiceerden we over het verdedigingssysteem van planten

Conclusie

De conclusie was eenvoudig: de verdedigingsmetabolieten hadden geen invloed op de voorkeur van de slak, de VOS daarentegen wel.


De veertien planten die zijn gebruikt:

  1. Achillea millefolium (duizendblad)
  2. Centaurea nigra (zwart knoopkruid)
  3. Cerastium fontanum (gewone hoornbloem)
  4. Jacobaeae vulgaris (Jakobskruidkruid)
  5. Leontodon hispidus (ruige leeuwentand)
  6. Lotus corniculatus (gewone rolklaver)
  7. Leucanthemeum vulgare (gewone margriet)
  8. Plantago lanceolata (smalle weegbree)
  9. Taraxacum officinale (paardenbloem)
  10. Trifolium pratense (rode klaver)
  11. Trifoilium repens (witte klaver)
  12. Dactylis glomerata (kropaar)
  13. Festuca rubra (rood zwenkgras)
  14. Holcus lanatus (gestreepte witbol)

De laatste drie zijn grassen.

Kruidenrijk “verwaarloosd”weiland – Commons Wikimedia – Taubib

Ze werden twee weken na het kiemen aan de slakken blootgesteld. De aantrekkelijkheid van de plant, bepaalt de ‘aanval’ door de slak. Of de plant geheel wordt weggegeten heeft te maken met de door de plant aangemaakte verdedigingsstoffen.


300 van de 424 planten werden uiteindelijk volledig genuttigd. Van zwart knoopkruid werd 38% weggevaagd, van de gewone margriet (Leucanthemum vulgare) 35%. Men vermoedt dat de slakken na de aanval werden afgeschrikt, door wat? Door de verdedigingsmetabolieten (denken wij).

In Tabel 1 ziet u de AI – de acceptatie-index. De meest graag gegeten plant scoort 1, de niet te haggelen plant scoort 0. Centaurea nigra (zwart knoopkruid) is dus heel erg lekker. De slakken hebben geen enkele poging gedaan om Jacobaeae vulgaris (Jacobskruiskruid) te eten.


Tunnelvisie

De grotere conclusie van het onderzoek is dan ook dat men zich te lang heeft gericht op de verdediging door secundair metabolisme, zonder voldoende onderzoek naar de effecten van de geur van de plant. Een beetje tunnelvisie, zou je kunnen zeggen.


Maar nu?

Nu moet worden onderzocht welke VOSsen de slakken weghouden. Dat biedt de weg naar een natuurlijke bestrijding. De Brit Lawrence D. Hills deed in de jaren zestig van de vorige eeuw binnen de HDRA onderzoek naar “parfums tegen plagen”. In 1964 verscheen zijn rapport/boek Pest Control Without Poisons.

Hier staat de volledige tekst van het onderzoek in het tijdschrift Annals of Botany.

Meer over slakkenbestrijding lezen? Klik hier.


Plaats een reactie