Risotto con gli stridoli
Neem een kasserol. Verwarm op middelhoog vuur een scheut olijfolie en smoor de sjalotten tot ze glazig zijn. Draai het vuur hoog en kieper de rijst erdoor. Schep om tot de korrels glazig zijn en blus af met de wijn. Vuur laag. Knoflook erbij. Scheut groentebouillon erbij.
|
|
Omscheppen. Scheut groentebouillon erbij. Omscheppen. Scheut groe… Enfin, dat blijft zo even doorgaan, een kwartier tot twintig minuten. Risotto kruipt, zeggen ze. Dus niet te vloeibaar. En de rijstkorrel moet nog een beet hebben.
Proef af en toe. En tegen de tijd dat u denkt: dit gaat wat worden, doet u de champignonstukjes erbij. Omscheppen. En tegen de tijd dat u denkt: ja, dit is het bijna, doet u de blaassilene erbij. Omscheppen, even doorverwarmen en dan de kaas erdoor scheppen.
Serveer.
8 april 2011
September 2009, toen we bij Liesbeth en Han waren, het zaad gekocht. Vorig voorjaar gezaaid en er niets mee gedaan. De zaailingen waren te kwetsbaar om zo te oogsten. De blaassilene vormt een stevig wortelgestel – een beetje als asters kunnen doen – en zowaar we hebben nu een klein veldje van het spul. De toppen staan er mooi bij, dus oogsten!
Welbeschouwd zijn er geen tot drie vage recepten te vinden. Het is zeer Italiaans, en beter: zeer Romagnools. Dit recept heb ik in essentie ergens vandaan geplukt. De champignons zijn eigen inbreng – gewoon, omdat ze in de koelkast lagen en weggewerkt moeten worden. Bovendien leek mij de smaak niet strijdig.
Stridolo – dat klinkt toch wel beter dan blaassilene – heeft een frisse, groene smaak. Tintje citroen. Erg lekker, al zeggen we het zelf.