Hopscheuten zijn uit. Hoptoppen zijn meer voorhanden dan de scheuten en ontzettend lekker. In Italië weten ze wat je er mee kan.
- 250 gr hoptoppen
- 1½ l groentebouillon
- 1 st ui, gesnipperd
- 1 teen knoflook, fijngehakt
- 75 gr roomboter
- 400 gr arborio of carnaroli rijst
- 50 gr Parmezaanse kaas, geraspt
- peper uit de molen & zout
- scheutje olijfolie
-
Was de hoptoppen en snijd ze in fijn, stukjes van 1 cm of zo. Smoor de stukjes een minuut of vier, vijf in wat olijfolie. Van het vuur halen.
-
Breng de bouillon aan de kook.
-
Smelt het grootste deel van de boter in een stevige pan en smoor de ui op middelhoog vuur. Tot ze glazig wordt.
-
Voeg de knoflook toe en de rijst. Draai het vuur hoger en roerbak, zodat de rijst helemaal vet is.
-
Vuur laag en voeg een fikse scheut bouillon toe. Roer goed door.
-
Voeg de hop toe en schep om.
-
De grap van risotto maken is dat je telkens wat bouillon toevoegt als het droog begint te worden. Blijf regelmatig roeren, opdat het niet aanbakt. Na een plm achttien tot twintig minuten ben je klaar – risotto moet kruipen! Dus niet te droog en niet te nat. Het moet geen soep zijn.
-
Voeg de resterende boter toe en de kaas. Goed omscheppen.Serveer direct.
Antonio Carcluccio geeft een recept waarin de hoptoppen op 5 cm grootte worden gesneden, niet van tevoren worden gesmoord en pakweg halverwege de risottobereiding worden toegevoegd. Volgens hem hebben ze ongeveer 8 minuten nodig. We betwijfelen dat.
13 mei 2014
De moestuin geeft nog een klein beetje spinazie, de chime di rapa is over, de raapstelen zijn op en zo gaan we door. Brave hendrik is een goede spinazievervanger. Maar we hebben gezien dat als je hop topt, het in de bladoksels weer uitloopt: 1 top breken levert 2 nieuwe toppen op. Dat hebben we nu al twee maal gedaan en de oogst wordt steeds groter.
Het breken gaat als volgt: langzaam de top buigen en hij zegt ergens knak. Dat is daar waar het al iets verharde deel begint.
Wat gebruik je van de hop? En wanneer Kan dat nog als de bladeren volledig uitgevouwen zijn?
Als je de top van de groeiende stengel pakt en buigt, knakt ie ergens af, op zo’n 15 cm. Anders daar afbreken of knikken. Daaronder wordt het te houtig. Van deze toppen zijn de bladeren nog niet (geheel) ontvouwen.