Uit: Ik kan koken (6e druk, 1931)
250 gr schorseneren; 2¼ l water (met wat zout) of bouillon; ui, zeer fijngehakt; wortel; peterselie; 100 gr. boter; 80 gr. bloem; ½ dl. room; 1 eierdooier
Schorseneren schillen en 10 minuten blancheren. Daarna opnieuw opzetten in het gezoute water (of de bouillon), met de wortel en de peterselie. Kook gaar.
Fruit de ui in 80 gram boter goudgeel. Voeg de bloem toe en maak het met het schorsenerennat tot een gebonden soep. Pureer de helft van de schorseneren en meng dit door de soep. Snijd de andere helft in kleine stukjes en doe dit ook in de soep. Voeg de room toe, en maak de soep af met de eierdooier en de boter.
19 januari 2008
Vandaag zijn Petra & Willem er en deze soep als voorgerecht gemaakt. Uitstekende, subtiele soep, die goed uitwisselbaar is met aspergesoep.
OPMERKINGEN
1) Ik heb ui met een flinke, in stukken gesneden winterwortel en een hand peterselieblad in het kook water gedaan. Een eigen groentebouillon. Daarnaast heb ik een ui gefruit, zoals aangegeven.
2) Ik heb een stukje wortel meegepureerd. Die bleef onzichtbaar. De rest van de wortel, ui en peterselie is weggegooid.
2) Ik heb een stukje wortel meegepureerd. Die bleef onzichtbaar. De rest van de wortel, ui en peterselie is weggegooid.
